richting van zulk een bedrijf kunnen ze den arbeid zelf niet alleen af. Dan, zoowel als bij bekweeking van een grootere oppervlakte, is assistentie noodig. Naast den patroon zijn werkzaam op:

Uit dit overzicht blijkt, dat er in Boskoop, 39% der kweekers zjjn, die nog niet geheel van hun eigen boomkweekerij bestaan kunnen, terwyl 61% voldoende inkomsten uit hun bedrijf trekken.

Nemen we aan, dat door een knecht gemiddeld per jaar f 500. verdiend wordt, dan beteekent dit, in verband met de uitkomsten van een daartoe opzettelijk ingesteld onderzoek, voor Boskoop een uitgaaf van ongeveer een half millioen gulden per jaar. Voor het overgroote gedeelte zijn die kweekers aangesloten bij de Tuinbouw-Onderlinge, de bekende instelling van den Nederlandschen Tuinbouwraad. Zonder daartoe verplicht te zijn, hebben de werkgevers hun arbeiders in het jaar 1912 voor de som van f 393.623. loon verzekerd tegen alle bedrijfsrisico.

De culturen worden zeer intensief gedreven. Het streven van alle kweekers is er op gericht zooveel mogelijk producten van Ie kwaliteit voort te brengen. Daartoe wordt een zorgvuldige soortenkeus, naast technische vaardigheid in ’t

3e. „ „ „ coniferen, hulst en Magnolia’s; 4e. „ „ „ Rhododendrons, Azalea’s, Clematis;

se. „ „ „ potcultures; 6e. „ „ „ Rugosa onderstammen;

Be. „ „ van ’t beproeven van nieuwe cultures.

culiiveeren, vereischt, waarvan de eerste grondslagen reeds tijdens de jeugd in de leerlingen, aankomende kweekers, langs praktischen weg worden gelegd.

Onder den invloed van den zich steeds uitbreidenden handel in planten en de vergrooting van het afzetgebied in den vreemde, heeft de Boskoopsche plantenteelt alle phasen van een betrekkelijk extensieve tot een zeer intensieve cultuur doorgemaakt.

Wanneer we de ontwikkeling dier cultures willen aangeven, dan zouden we gevoegelijk van tijdperken kunnen spreken, waarin het een of andere gewas in ’t groot werd aangekweekt en dus sterk op den voorgrond trad.

Dezen gedachtengang volgende, zouden we kunnen noemen: le. het tijdperk der heesters en vruchtboomen; 2e. „ „ „ carolianastekken der rozen;

7e. „ „ „ kruisingsproeven en het invoeren van nieuwe variëteiten;

Tot in het 3e tijdperk speelde de aardbeiteelt een groote rol, zoodat men in dien tijd van een aardbeikermis sprak, terwijl voor den goeden afzet dier vruchten zelfs een z.g. „aardbei-compagnie” zorgde, een corporatie, welke met de verzendvereenigingen van den tegenwoordigen tijd overeenkomst vertoonde.

Opgemerkt dient nog te worden, dat men zich die tijdperken ' niet scherp gescheiden moet voorstellen. Zoo worden o.a.

400— 500 Rijnlandsche Roeden kweekerij een halve knecht. 500— 600 n 11 77 anderhalve „ 600— 800 71 71 11 drie knechten. 800—1000 n 77 77 vier „ 1000—1500 77 77 77 zeven „ 1500—3000 77 77 77 tien ~ 3000—5000 77 77 77 vijfentwintig „

Speciaal opname voor „De Tuinbouw”. Foto Zahnen Gouda.

Kas van de firma Bavensbero en Boer met de rozenvarieteit „Dean Hole” op de Boskoopselie Rugosa veredeld, voor do teelt van snijbloemen bestemd.