Electriciteit en Landbouw. i. De crisis inden landbouw.
federt duizenden jaren heeft de mensch de natuurkrachten waargenomen, die de wereld beheerschen, maar daar hij zich geen rekenschap kon geven van haar waren aard, koesterde hij vrees voor die geheimzinnige werkingen, waarover hij niet den minsten invloed kon uitoefenen, en daarom aanbad hij ze. Na vele eeuwen begonnen eindelijk de wijsgeeren der lonische school orde te zoeken in dien chaos, een moeilijk en langzaam werk, dat gelukkig in vervolg van tijd ijverig werd voortgezet. Langzamerhand werden eenige vormen, waaronder het arbeidsvermogen der natuur zich openbaart, zooals licht en warmte, wat meer van nabij bekend; maar een derde, misschien de belangrijkste, doch zeker die , welke het meest aan de waarneming ontging, de electriciteit, werd ons het laatst geopenbaard. Hoe snel is echter de vooruitgang geweest! Welk een verandering in al onze opvattingen sedert den dag, waarop de ontembaarste, de hevigste, de vlugste en de mins tastbare dier gevallen godheden zich heeft moeten onderwerpen aan den wil van dat zwakke wezen, den mensch , die de eerzucht voedt alles aan ziin wil te onderwerpen. Nauwelijks is een eeuw yerloopen sedert de beroemde proeven van Galvani en Volta, en reeds valt het moeilijk eenig terrein van wetenschap, eenigen tak van nijverheid te noemen waarop de invloed der electriciteit zich niet heeft doen gevoelen, loch is het ontegenzeggelijk het gebied der practische toepassingen waarop de electriciteit een rol speelt, die dagelijks belangrijker wordt; daarop woiden dagelijks wonderbare uitvindingen gedaan, die de productie zuinig, snel en beter, het leven gemakkelijker en aangenamer, den mensc gezonder maken en hem een langdurigen en nutteloozen strijd besparen tegen schadelijke invloeden in zijn omgeving. Op dat terrein zijn ook de uitvindingen gedaan, die hem in staat stellen wereldburger te zijn, in plaats vaneen plantenleven te leiden binnen de nauwe grenzen vaneen klem stadje , uitvindingen , welke ineen halve eeuw de wereld een geheel ander aanzien gegeven hebben.