3. Roept alle met vlijt

Dat lanck leve syne hoocheijt.

4. 0 Heer : aen princen, staeten en leden Geeft al u vaderlant ten vreden.

5. Int leven frisch, capiteyn generael,

Te voet en te peert eersten admirael.

6. Alle vreden met saligheijt

Sij aen oranje prince syne hoocheijt.

7. Oranje heer, in landen en in steden Klyn en groot al smaeckt u vreden.

8. Door den intree van syn hoogheyt onsen heer, Geschiet vandaag aen 't elooster seer groote eer.

9. dobbel

Sonderlinge danck zeg aan alle vorstelijcke doorlueh

[tigheit

Die door syn hoogheijt, heel Catharinendal brengen

[in vroolijkheit.

10. Door sijn hoogheijt hier willecomen al.

11. Wij bidden al, o hoogheijt,

Ontfanckt ons elooster in genadigheijt.

Welck laesten was gestelt in de handen van het gemaeckt postuur ofte prince die aen syn hoogheyt is present gedaen. Naer dat nu syn hoogheyt was van Breda vertrocken, soo is ons van den Haegli toegesonden het volgende present, dat ons is behandigt den 13 Julius 1766, bestaende in 17 suyekerbrooden, 24 pont sicolaede en een merckelycke quantiteyt van thee, waarvoor wij sijn hoogheijt hebbe bedanckt door de heer Crebassa, hofmeester van sijn hoogheijt, den welcken het 'ons heeft laete behandigen door Mr. Legois, woonende tot Breda, en in deser voegen hebbe ick geschreven aen dese heer Crebassa, hofmeester.

Seer wel edel heer Ons ter hant gecomen sijnde dat schoon en rijckelijck present van sijn doorlughtigste hoogheijt, boven dit groot present dat syn vorstelijcke hoogheijt heeft laeten geven,