geworden; Henric van Herzei voerde van 1419 tot 1425 de rentmeesters-administratie, als blijkt uit de nog aanwezig zijnde rekeningen. *)
Ondanks de gelofte aan zijn vader gedaan, geen ge bruik te maken van de vorderingen, die bij op hem kon doen gelden, werd de erfpachtsbrief van de bewuste 200 mud door Hendrik van Helmont nog steeds als een waardevol stuk bewaard. Bij schepenakte van 's Hertogenbosch, d.d. 9 Nov. 1421, belooft hij aan zijn broers en zuster dit steeds te zullen blijven doen.2)
Kort na den dood van Jan van Berlaer komt dit recht weer ter sprake. Hendrik verkoopt een gedeelte hiervan. Op 6 Augustus 1428 draagt hij zes mud rog uit de 200 mud op aan Peter Witmari,s) 28 Nov. 1429 verkoopt hij nogmaals 6 mud rogge erfpachts van die 200 aan Petrus, genaamd Witmery, zoon van Wennemary, 4) en 5 Febr. 1434 draagt hij 13 mud rogge op aan Rutger van Erpe Willemszn, 5) rentmeester van den heer van Helmond.
Den 9 Maart 1434 komt hij met zijn neef Jan van de Grave (zoon van Catharina van Helmont) tot een accoord inzake geloften en toezeggingen, die hij hem in schepenbrieven of op andere wijzen had gedaan. 6)
Wellicht is Hendrik van Helmont hertrouwd met Catharina van Beest, weduwe van Lucas van der Doeseldonck. Deze echtelieden worden genoemd in 1442 en 1447.7)
Kinderen van hem vonden we niet vermeld.
B. Jan van Helmont, door Sassen verkeerdelijk als van Berlaers oudste zoon aangeduid 3) was door dezen
1) Inv. Huisarch Helmond 110. 193, abusievelijk is aldaar als aanvangsjaar voor de rekening opgegeven 1412. 2) Inv. Huisarch. Helmond reg. 158.
3) Idem reg. 185. 4) Reg. 193
5) Reg. 202. Hier zien we een gedeelte van deze rente weer lerugkeeren in het stamgoed. Voortdurend trachtte Jan van Cortenbach, nog andere gedeelten hiervan terug te koopen. (Regest 208, 224, 230, 245, 282, 428)
6) Reg. 203. 7) Jaarb S. (1890) blz 378.
8) Idem blz. 377. Op de door S. geciteerde plaats (Inv Bossche I.LXIX) staat niet J a n, maar „Henric, gheheeten van Helmont, heeren Jans van Berlaer oudste zone".