van Her zei, (dr. van Jan) die uit het eerste huwelijk reeds twee kinderen had : Hendrik en Gerard van Eijck1) Mogelijk is dit huwelijk reeds vóór of in 1418 gesloten.

In genoemd jaar, 9 December 1418, belooft Hendrik van Helmont „by (s)ynre trouwe, eren ende sekerheden" en heeft dat ook „met (s)ynen viiighren op desen (brief) gheleecht met ghestaafden eeden ten heilighenghesworen", dat hij niets meer zou ondernemen tegen zijn vader.2) „Om meerre sekerheit ende vestinghe" van deze gelofte, had hij „maghen ende vrienden" uitgenoodigd dit stuk met hem te bezegelen. Dit waren de gebroeders Aert, Jan en Heynric Heinre, Henric van Herzei, wellicht 'n bloedverwant van z'n vrouw, en Jan van den Hautert, een familielid van zijn moeder.

Twee dagen later, 11 Dec. 1418, verklaart Hendrik van Helmont, voor schepenen van 's Hertogenbosch, aan den rentmeester zijns vaders, Hendrik, zoon van wijlen Hubert Uten Vehuse, dat hij tegen zijn vader gedurende diens leven van geen vorderingen zal gebruik maken, mits hem zoolang een verpanding gegeven wordt van 10 of 12 mud rog erfpacht.8)

De gelofte door Hendrik van Helmont met zooveel nadruk en kracht gegeven, was wellicht door zijn vader geëischt, terwille van een in het vooruitzicht gesteld ambt. Immers Hendrik zegt de eerste maal: „oft zake waer, dat mi mijn lieve Heer ende vader tot eneghen officiën, ambacht oft dienste onder hem setten woude", dat hij dan „dien dienst, officie ende ambacht wael ende getruwelijc hem doen sal en verwaren ende hem tot synen versueke goede wittige rekeninghe daer af doen sal." 4)

Mogelijk heeft van Berlaer hem tot zijn rentmeester willen maken, toen bovengenoemden Hendrik Uten Vehuse (de broer van Margaretha, met wie hij toen reeds als zijn vrouw samenleefde), dit ambt tegen 1 Oct. 1419 had opgezegd. Nochtans is van Helmont dit niet

1) Jaarb. (1890) blz. 378 2) Oork. betreffende Helmond, no. LXXXII. 3) Inv Huisarch H. reg 145 4) Oork. betreffende Helmond blz. 103-104,