kend gemaakt, op boete van drie gulden en bij herhaalde overtreding op verbeurte van het lidmaatschap.
Art. 15.
Een lid, de gemeente Waalwijk of Besoijen verlatende, kan bet lidmaatschap behouden, mits zich schriftelijk voor zijn vertrek aan de directie verklarende. Zoo hij lid der directie is, wordt die betrekking door hem verloren.
Van buitengewone partijen of feesten zal hem, zoo zijne woonplaats bekend is, kennis worden gegeven ; dezelve bijwonende zal hij in de kosten in evenredigheid bijdragen. Bij terugkomst zal hij verplicht zijn in evenredigheid bij te dragen in het voordeelig slot der kas.
Art. 16.
Hij, die voor het lidmaatschap bedankt of van hetzelve wordt ontslagen, verliest de aanspraak op de eigendommen van het gild.
Art. 17.
Op de gewone maandelijksche bijeenkomsten, zoo die gehouden worden, kunnen vreemdelingen geïntroduceerd worden.
Art. 18.
Om de vier jareu zal er koning geschoten worden ; de leden schieten bij loting.
Art. 19.
Hij, die den vogel afgeschoten zal hebben, wordt als koning uitgeroepen. Hij zal vóór het eindigen der vier jaren een zilveren schild voor het gild aankoopen; hetzelve zal een waarde moeten hebben in zilver van niet minder dan . . . gulden.
Art. 20.
De koning is gedurende de gewone feesten of teerdagen vrij van tafelgeld. Hij geniet in die dagen vijf flesschen wijn. Hij is mede vrij van contributie, doch betaalt gedurende zijn koningschap jaarlijks drie gulden. De koning zal, des verlangende, als er koning- of prijs-