Abt. 3.

De benoeming der directie, met uitzondering van den koning en vaandrager, geschiedt met gesloten briefjes.

Iedere ballotage geschiedt met ongesloten briefjes, alleen inhoudende de woorden voor of tegen.

Art. 4.

Niemand mag zich van eene betrekking, welke hem door het gild wordt opgedragen, onttrekken, op verbeurte eener boete van drie gulden, tenzij hij het vorig jaar lid der directie is geweest.

Bij vacature der betrekking van vaandrager wordt dezelve onder de leden verkocht; die verkoop zal geschieden eerst bij opbod en daarna bij afmijnen ; de hoogste mijnder zal vaandrig zijn. De opbrengst zal strekken ten voordeele van het gild.

Art. 5.

De hoofdman, en bij zijne afwezigheid of ontstentenis de oudste deken, belegt zoo dikwijls hij het noodig acht eene vergadering; hij opent en sluit dezelve.

De vergadering wordt gehouden voor wettig te zijn samengesteld, als tweederden der leden tegenwoordig zijn.

De directie is verplicht binnen 8 dagen eene vergadering te beleggen, wanneer een vierde der leden schriftelijk hun verlangen daartoe aan den hoofdman indienen.

Aan niemand dan aan den hoofdman, of aan hem, die zijne plaats vervult, kunnen klachten worden ingediend. Hij zal in overleg met de directie over dezelve oordeelen, naar bevinding der zaken gepaste maatregelen nemen en den uitslag aan de leden meedeelen

Aan ieder lid wordt een hooger beroep op de leden verleend, die alsdan met twee derden der aanwezige leden zullen beslissen ; in het laatste geval onthoudt zich de directie van stemming.

Bij staking van stemmen heeft de hoofdman of zijn plaatsvervanger de beslissende stem.