De tijdsomstandigheden verhinderden hem deze zetels in bezit te nemen en de bisschoppelijke wijding te ontvangen. De leden van het Utrechtsch kapittel waren vol lof over zijn levenswandel en px-ezen hem als een „wel sprekend en geleerd heer." Het is mij niet bekend aan welke hoogeschool hij het doctoraat in beide rechten heeft behaald. ') Te Keulen werd hij benoemd tot kanunnik der kathedrale kerk en schonk de Paus hem de waardigheid van protonotarius apostolicus. Hij overleed daar 10 Sept. 1600 en werd er in het hoogkoor der Karthuizers-kerk begraven. De grafzerk droeg het opschrift ")

Anno a Christo nato 1600, 16 Septembris obiit reverendissim. d. Joannes a Bruhesen, juris utriusque doctor, ecclesiae Ultrajectinae primo decanusac postea designatus archiepiscopus, protonotarius apostolicus et metropoli tanae ecclesiae Coloniensis presbyter canonicus.

Cujus anima requiescat in pace.

In 1572 onderteekende hij : Jo. a Bruhesa. 3)

c. Cornelis, de eerste aan wien de Bredasche schepenen den titel van „jonker" geven ; in 1559 teekent hij te Leuven een volmacht ten name van zijn broer Engelbrecht; 4) in 1558 vind ik hem als kanunnik der kathedrale kerk te Kamerijk. 5)

2. Magdalena van Bruheze trad in het huwelijk met mr. Frans Smits, licentiaat in de medicijnen; zij bracht als huwelijksgoed mede een tiend op het Spijck onder Almkerk. Zij overleed op het einde van 1538, een jeugdig kind nalatend.

Haar man was geneesheer te Mechelen en een zoon van Matheus Heyns „die men noempt Smits". 6) Hij overleed 19 Febr. 1549 en werd begraven in de kerk der Minderbroeders-Recollecten te Mechelen.7)

1) Alleen de benoemingsbrief van 1592 noemt hem dokter in de godgeleerdheid,.

H a v e n s i u s, De erectione novorum episcopatuum: 53.

3) C. v. V. portef. 217. 4) Breda R. 457 ; 159vo. 5) A.p. 463:47.

6) A.p. 444:8vo. 7) Bulletin Cercle archèol. de Malines X : 176.