altijd getrouwelijk de kaart der schutterije in alle punten te onderhouden. Wordt iemand enkel gedoopt door sommige schuttebroeders en niet door de dekens, dan is die doop ongeldig : hij wordt niet als lid aangenomen, en de overtredende gildebroeders verbeuren eene boete van 6 stuivers ten bate van de gemeene kas.

3. Wie eenmaal schut is, zal schut blijven, tenzij hij zijn lidmaatschap misbruikt. Wie als lid wenscht uit te treden, moet aan de dekens 20 Brabantsche stuivers afof uitgaansgeld betalen ten behoeve van de gemeene kas.

4. Indien een der schutten een medeschut beliegt, of vloekt by God off by die wonden ons Heeren Jesu Christi ojj by dat weerdige heylige Sacrament, zal hij telkenmale verbeuren 5 stuivers ten bate als boven.

5. De dekens worden gekozen door de oversten, den koning en het meerendecl der schutten. Indien de verkozen deken weigert zijne benoeming aan te nemen, verbeurt hij 20 stuivers ten behoeve als boven. De gekozen deken moet een eed afleggen, waarbij hij verklaart steeds het profijt der schutten op het oog te hebben, hun schade te schutten en hun eer te bewaren, alles op kosten der gemeene schuttebroeders. En omgekeerd moeten de gildebroeders den deken een vreebant leggen, dat wil zeggen, dat niemand van hen op den deken zal afgeven of met hem twist zoeken of hem belasteren. Wie dat wel doet, zal telkenmale verbeuren een carolus gulden van 20 stuivers ten bate der gemeene schutten. De oude of afgegane koning zal altijd deken wezen.

6. Als een schut trouwt, zal hij verplicht zijn 20 stuivers aan de dekens te betalen ten behoeve der gemeene kas En indien een schut sterft, soo sullen die schutten eerlijck met haer schutskleet mede ter kercke gaen ende die misse hooren ende offeren over haren medeschut, die overleden ivesen sal. Wie zulks weigert en niettemin zich in de vrijheid Waalwijk bevindt, zal, ten behoeve als boven, een boete van 6 stuivers verbeuren. En de weduwe of de erfgenamen van den overleden gildebroeder moeten