opgave de kennis aan de laatstgenoemde kerken-boek aanteekening te danken is. Het hierop welwillend gegeven bescheid onder Nr. 221 luidt: In antwoord op TJw schrijven heb ik de eer U mede te deelen, dat in de huwelijksakte, van Dirck Frantzen en Lijncken Jan Pietersdr. van Noert, vermeld staat van V en lo en niet van V en l oen.
Derhalve moet dan haar vader in Venlo gewoond hebben, alwaar in dien tijd wel eene familie Oort, eigenlijk Op den oordt (het Repertorium van Jhr. Dr. E. A. van Beresteyn bevat hier eene vergissing) geves tigd was, doch alwaar eene familie van Noort niet voorkomt.
Blz. 88 jg. 1925 noot 1 staat : vidimi, lees: vidimus
Blz. 140 „ „ regel 4 v. b. staat: in dit proces was lees: in dit proces was afgestaan Aldaar in den 7" regel staat: getroent, lees : gecroent.
Blz. 147 jg. 1925 laatste regel van noot 1 staat: Dingsignaat, lees: Gelofte-signaat. De aldaar genoemde acte luidt:
Schepenen : Moers (en) Boshuys : Jan Jansz. van Oort van Lottem ende Met Thonisdr. sijn huysfr. Cum tutore marito malcander getocht in omnibus, Coopman Rochus Geritsz. conditie, dat de lanx levende ter noot sal mogen beswaren, vercoopen; nae des lanx levenden doot, dat Janssoonssoon, genamt Jan Jansz, van haerbeiden nalaetenschap voorvuyt hebben ende verbetert sal sijn drie hondert carolus g., met sijns bestevaders hoozen, boxcen ende ivambas, soeven tinnen schotelen tot sestien pont, eenen silveren beecker met twee silveren lepels ende een vuerpan; item dat Hannesken, Jans suster sal hebben ivollen vlieger, ende haer dochter Neellcen Willems haeren besten swarten rock; item Geertken Jan Geritsdr. haer beste heyclc ende Jan Geritszx) ende Beelken
1) Een Jan Geritsz. van Oort met een Jan Geritss van Oort den jongste treden omtrent dezen tijd aldaar op nl. in eene acte 29 Januari 1620 vóór schepenen van Zaltbommel, als mombers der on mondige kinderen van Peter Peterss Franss en wijlen Anneke Gerits (van Oort?). Er zijn dan echter al reeds gehuwde kinderen (Gelofte-Signaat van Z-B 110. 253 over 1619-1623 . Er volgt nog eene akte op fol. 16vo, waarin Peter Peterss Franss aan (zijn zoon?) Henrick Peterss en aan Jan Geritss van Oort in eigendom overdraagt al wat hij bezit, zichzelf het levenslang gebruik daarvan voorbehoudende.