Met Gods heiligheid is nog naauw verwant Gods getrouwheid, die Hij ook in jezus luisterrijk openbaart, daar Hij met daden toont, de genadige beloften , onder het Oude Verbond en bij de roeping der Christenen gedaan, volkomen te vervullen (42).

Gods wijsheid

was ook een bijzonder voorwerp van paulus bewondering, daar hij deze in allerlei opzigten door God in christus geopenbaard zag. Hij spreekt dikwijls , vooral als hij tot hen schrijft, die in hunne eigene oogen wijs waren, met ophef daarvan, dat God ons wijsheid door christus heeft gegeven (43); en moest Hij niet zelf wijs zijn, die anderen met wijsheid kon vervullen? Paulus noemt Hem dan ook » den alleen wijzen God, wiens schijnbaar dwaze handelingen nog wijzer waren dan de hoogste wijsheid der menschen" (*4). Paulus zag echter die wijsheid van God niet alleen daarin, dat Hij christus juist in dien tijd had gezonden, in de volheid des tijds, toen de lijd er regt geschikt voor was (45); maar nu Hij in christus zending zag, welk plan van opvoeding God met het menschdom volgde, nu zag hij Gods wijsheid in alles, wat de Vader ter opvoeding zyner kinderen gedaan had. Het geheele wereldbestuur kon hij nu zelfs aan Heidenen aanwijzen als een werk

(42) Hand. XIII: 23. Rom. XV: 8. 1 Cor. I; 9. 2 Cor. I: 20. 1 Thess V: 24.

(43) 1 Cor. I, II. Epl,. 1: 8 , 17 en in den geheelen Brief aan de Colossensen.

(44) Rom. XVI: 27. 1 Tim. 1:17. 1 Cor. 1: 33.

(45) Gal. IV : 4.