De aanwezigheid van dalmeanders vormt ook een gunstigen factor voor den aanleg van stuwdammen, waardoor een rivierdal afgedamd en achter dezen dam de rivier tot een meer opgestuwd wordt (vgl. dit tijdschr. 1928, blz. 171 e.v.). De zoo ontstane stuwmeren doen dienst als reservoirs, om regelmatig water te kunnen leveren voor bevloeiing, voor krachtwinning, verzorging van een bepaald gebied met drinkwater en water voor industriedoeleinden, voor laagwaterverbetering (scheepvaart), of ook voor het tijdelijk bergen van hooge watervloeden, om dan deze later geleidelijk te kunnen laten afvloeien. Noemen wij als voorbeelden slechts de Waldecker Talsperre (Eder) bezuiden Kassei (laagwaterverbetering van den Wezer en electriciteits-opwekking), de Bobertalsperre bij Mauer in Silezië en de Urfttalsperre bij Gemünd in den Eifel. Deze beide laatste zijn bedoeld als bescherming tegen het overstroomingsgevaar bij snellen en sterken was, maar doen tevens dienst voor waterkrachtwinning. De inhoud van het bekken van de Waldecker Talsperre bedraagt 202,4 millioen m3, van de Bobertalsperre 50 millioen m3 en van de Urfttalsperre 45>5 millioen m3. De groote bergruimte, die deze dalen van Eder, Bober en Urft bezitten, is voornamelijk te danken aan de groote dalmeanders, waardoor deze dalen naar verhouding van de luchtlijn een zeer groote lengte bezitten.

De waterafvoer van de Roer bedraagt gemiddeld 160 millioen m3 per jaar. De Urftsee vormt, zooals gezegd, een bekken met een inhoud van 45>5 millioen m3, dat het water vasthoudt van een neerslagsgebied van 375 km2. De hoogte van den stuwdam is 52,5 m. Een 3 km lange tunnel leidt het water naar de turbinen bij het ten NO. stroomafwaarts in het Roerdal gelegen Heimbach, waar op deze wijze door de samenvoeging van de waterhoogte van het bekken met het verval tusschen den dam en de turbine dalafwaarts een nuttig verval verkregen wordt, dat maximaal 110 m bedraagt.

Speciaal bij een rijp meanderdal zooals bv. het Urftdal, waar de meandersporen reeds gedeeltelijk vernield zijn, kan een zeer groot stuwmeer ontstaan door den aanleg van een stuwdam. Duidelijk ziet men op Fig. 7, hoe bv. de terrasmeander bij pt 283 geheel verdronken is, terwijl van een stroomopwaarts gelegen terrasmeander slechts het hoogste gedeelte als een eilandje boven het meer uitsteekt (foto 6). Hier verdronk het gehucht Krummenauel met zijn huizen, wei- en bouwlanden.

Afsnijding van meanders, hetzij langs natuurlijken of langs kunstmatigen weg, kan tot plaatselijke verhoóging van het verval aanleiding geven, dus tot stroomversnellingen of watervallen, die het landschapsschoon verhoogen en vaak voor electriciteits-opwekking gebruikt worden, bv. de waterval van Coo in het Amblève-dal, en de stroomversnellingen in den Neckar bij Eauffen, vanwaar voor het eerst electriciteit over grooteren afstand en wel naar Frankfort geleid werd. Ondergrondsche afsnijding van een dalmeander in een karstgebied, namelijk in het Eessedal bij Han, was de aanleidende oorzaak voor het ontstaan der wereldberoemde grotten van Han-sur-Lesse.