sen boven den val moesten gesleept worden, terwijl alle goederen eveneens over de rotsen moesten worden getransporteerd, hetgeen met de weinige krachten waarover we beschikten en den grooten afstand die de arbeiders doorloopen moesten, 11li dag in beslag nam. Terwijl men daarmede bezig was, hadden wij gelegenheid de Roecoejana's te bestudeeren. De mannen zijn van middelmatige lengte en slank gebouwd, de vrouwen, nog halve kinderen, klein van gestalte. De gelaatstrekken zijn zeer regelmatig, doch maken door het gemis aan wenkbrauwen, (zij verwijderen zorgvuldig alle gezichtsharen), een eigenaardigen indruk. Zoowel mannen als vrouwen dragen het hoofdhaar lang met eene scheiding in het midden.

De kleeding is allereenvoudigst. De mannen dragen een lange katoenen lap, die ze tusschen de beenen hebben doorgehaald en om het middel bevestigd, terwijl de beide einden bij wijze van sjerpkwasten langs de dij hangen. Hals en armen zijn versierd met halssnoeren van kralen en witte porseleinen knoopjes, terwijl zij onder de knie en boven de kuit katoenen banden met franjes versierd, drao-en. De natuurlijke huidskleur is lichtbruin, en alleen door het besmeren met roecoe (cochenille) neemt zij eene roodbruine tint aan. Op mijn vraag waarom dat gedaan werd, kreeg ik ten antwoord, dat het eene goede beschutting tegen de koude en de muskieten verschafte. De vrou-

Fij: 2