vanaf ± 700 M. beneden de Oldeberkoopster draaibrug niet geinundeerd.

Dit is echter ondenkbaar, want thans treedt de rivier aldaar reeds buiten haar oevers lang vóór het peil bereikt is. 28 Sept. 1893, toen de peilschaal aan de Oldeberkoopster draaibrug 1.36 M. -f- A. P. teekende = 1.195 + N. A. P. was zulks o. a. reeds het geval bij de piketten 129, 124, 114, iii, 104 en 101.

De Linde voert tegenwoordig uitsluitend het langs de oppervlakte vloeiende regen- en smeltwater, alsmede grondwater af.

De peilschaal aan de Oldeberkoopster draaibrug werd van Mei 1890 tot en met April 1892 dagelijks waargenomen.

Tabel II geeft de hoogste (H.), gemiddelde (G.) en laagste (L.) standen aan voor elke maand van dat tijdvak.

Tabel II1).

H. G. L.

Maand. Jaar.

M. + N. A. P.

Mei 1890 0.88 0.78 0.73

Juni 0.98 0.88 0.73

Juli 1.43 1.16 0.98

Augustus . . . 1.43 i.ii 0.93

September . . . 1.38 1.21 1.03

October], ... 1.43 1.17 0.93

November . . . 1.43 1.29 1.08

December . . . 1.23 0.80 0.63

Januari .... 1891 1.53 0.89 0.63

Februari . . . 1.53 g. 1.09 g. 0.78

Maart .... 1.08 0.96 0.78

April 1.08 0.87 0.68

1) Verslag der Staatscommissie, benoemd bij K. B. van 5 Mei 1893, n°. 16, tot het instellen van een onderzoek omtrent bevloeiingen. g. gegist.