individu af te sluiten, is de Peel niet; als stremmingsmiddel voor 't verkeer was de Peel wel een factor, om de bewoners staatkundig te verdeelen en een gedeeltelijk eigen bestuur en ontwikkelingsgang te geven, en om aan beide zijden zelfstandige ethnische en taalverschillen in 't leven te roepen.

In het zuiden van Noord-Brabant zien wij hetzelfde verschijnsel, doch gedeeltelijk uit andere oorzaken voortkomend. Gedurende de laatste middeleeuwen strekte het hertogdom Brabant zich uit over de tegenwoordige provinciën ZuidBrabant, Antwerpen en het Nederlandsche Noord-Brabant. Onder den invloed van het leenstelsel waren deze gedeelten door oorlogen, erfenis enz. tot één staatkundig geheel vereenigd. Doch toen de strijd tegen Spanje uitbrak divergeerden deze deelen weder naar de natuurlijke invloeden van het landschap op de bewoners. De reeds aangewezen waterscheiding tusschen de Schelde en de Maas, hoe onbeduidend schijnbaar ook, was hierop van grooten invloed.

In Noord-Brabant stroomen alle riviertjes naar het noorden en in de Belgische provincie Antwerpen naar de Schelde. Langs deze riviertjes hebben de nederzettingen zich gevestigd, en de nederzettingen vormden van ouds de lijnen des verkeers, welke laatste dus ook met de riviertjes, ook al waren deze niet geheel bevaarbaar, parallel liepen en denzelfden loop volgden. Daardoor was de beweging in NoordBrabant meest naar het noorden gericht, vooral naar de plaatsen, die hier een natuurlijk centrum vormden; in het Antwerpensche was de beweging in hoofdzaak naar de Schelde en haar bijstroomen gericht. De waterscheiding tusschen beide riviergebieden was wel gemakkelijk te overschrijden, werd ook veel overschreden, doch bestond uit een onbewoond of zwakker bevolkt gebied, en was de natuurlijke rug, van waar de bevolking naar N. en Z. als het ware afgleed in de richting van het verkeer.

De hydrographische divergatie openbaarde in het samendringen van het volksleven een natuurlijke groepeering in het