bewoners uit andere gewesten zich gewoonlijk vestigen in dezelfde buurt, als hunne vroegere gewestgenooten. Zoo gaan de Groningers meestal wonen buiten de Haarlemmerpoort en de Friezen in de buurt van de Van-Lennepkade, en zou dus weer langzamerhand eene ^a-buurt en eene a-buurt (de Friesche ee zal wel niet ingevoerd worden) kunnen ontstaan.

3 Het W esten der provincie Utrecht, met opgaven voor de stad Utrecht („ao = gewijzigde a-klank"), Zuilen, Maarsen („min of meer oa in plaats van a, wel niet zoo sterk als in Gelderland, maar toch duidelijk waarneembaar"), Loenen, Kockengen, Nieuw-Loosdrecht („de a als heldere letter wordt vrij goed uitgesproken; toch hoort men deze letter in gesloten lettergrepen wel eens den klank ao geven, als baos, klaos; bij andere sluitletters minder ), Schoonhoven met de Lopikerwaard („ao zweemende naar de Geldersche uitspraak, doch minder vol, ten naasten bij als in 't Eng. walk") en Vreeswijk, waarvoor echter (behalve in schaoppie naast schaapie) in alle woorden aa, d.i. gerekte a met aachtigen naslag, wordt opgegeven, zooals wij die ook reeds in het Amsterdamsch aantroffen.

4° Zeeuwsch-Vlaanderen, behalve de aan Vlaanderen grenzende streken, waarvan de taal naar het Oostvlaamsch overhelt en die dus ba hebben (met name Eede, Heile, de Biezepolder, St.-Kruis, Sas-van-Gend, 't land van Hulst en het uiterste Oosten van Zeeuwsch-Vlaanderen). De opgaven voor Zeeuwsch-Vlaanderen stemmen niet volkomen overeen, maar laten toch de uitspraak bij benadering bepalen. Voor het Westelijk deel, tot aan den Braakman, geeft eene opgave voor Kadzand eene d, maar met de opmerking, „de a is weliswaar niet zoo volkomen zuiver als in het beschaafde Hollandsch, maar ik zou haar niet phonetisch durven weergeven met oa; zij heeft inderdaad eenige