faire, taire overeenkomende. In andere weer als of die met ee geschreven waren." Hij begrijpt niet, dat „de Amsterdamsche uitspraek een richtsnoer voor gansch Nederland zou moeten zijn", maar moet dan onder Amsterdamsche uitspraak wel alleen die der beschaafden verstaan. Eeitijds toch was ook te Amsterdam, waar nu de a° heerscht, bij het lagere volk ook ae in gebruik. Moonen toch zegt in 1719 (Nederd. Spraekkunst 2de dr. bl. 21): „dat de ae als het blaete?i of het bae van een schaep wordt uitgesproken" in „de platte Amsterdamsche tael, gelyk zy daer wel eer werd gesproken, noch te deezen tyde by het graeu gebruikt", waarin „veel meer het geluit van de e, dan van de a, of een gemengde klank, vallende tusschen de a en de e" wordt gehoord; en Lambert ten Kate deelt ons in 1723 mee (Aenleidmg I blz. 155)' „onze geboortestad Amsterdam heeft een tweederhanden Tongeslag op vele woorden, welker klemtoon op aa of ae dringt, als gaen, staen, nae, enz., welke onze lage gemeente ook nog gewoon is voort te brengen met een geluid als ae, wat harder als ée : ik zegge op vele woorden, want bij alle geschied zulks niet, naemlijk nooit bij maan, graat, graad, graan, daad, enz." Ook wil nu nog de overlevering van den Amsterdamschen schouwburg, dat in het kluchtspel de a van het lagere Amsterdamsche volk en de omwonende boeren als ae wordt uitgesproken.

40 In het zoogenaamde Strandhollandsch, d.i. teVlaardingen, Maassluis (zie ook den 55sten brief in Wolff-en-Deken s Sara Biirgerhart), Scheveningen, Katwijk-aan-Zee, Noordwijk-aan-Zee en Zandvoort, waar zonder uitzondering in de opgegeven woorden ae gevonden wordt. Egmond-aan-Zee, dat ook Strandhollandsch spreekt, staat, wat de a betreft, op het standpunt van het Westfriesch en heeft dus eej en a. In Wijk-aan-Zee werd eertijds ook Strandhollandsch ge-