het geheel ontbreken van de a komt Aalsmeer met Marken overeen. Voor gaan, staan en jaar wordt in ééne opgave gian, stian en jïur, in de andere geejn, steejn en jeer geschreven. Terwijl nu de laatste aan alle woorden eene ee als in 't NL kleed toekent, slechts bij geejn en steejn met j als naklank, maakt de ander duidelijk onderscheid tusschen ee (bij dreed, street en leete{n)) en ïïi (d. i. gerekte onvolkomen i, gevolgd door onvolkomen u, bij schlup, hlur en eslmpe). Alleen slapen luidt bij hem sleepe öf slïupe. Het onderscheid tusschen ee en ui bestaat, afgezien van de mindere of meerdere diphthongeering, alleen in verwijding van de gerekte midden palataal.
7° Het Gooi (namelijk Hilversum, Bussum, Laren, Blaricum, Huizen) en ook Spakenburg (bij Bunschoten). De ££-klank schijnt daar van middenpalataal tot laag palataal, d. i. tot ae, over te hellen, althans voor Hilversum wordt deze klank gekenmerkt als „de ee met den scherpen z-klank er tusschen, iets scherper dan in ons NI. eeren," en volgens de opgave voor Huizen klinkt daar de ee als de va in het Duitsch /Case, doch wat gerekter." De opgaven voor Laren gebruiken ae om den klank af te beelden (behalve alleen bij esleepen, deelwoord van slaepen); die voor Spakenburg schrijft alleen slaepen, slaeperig en haer met ae, maar de overige woorden met ee. Die ee of ae komt ook voor bij geen, steen en kreern in het geheele Gooi; maar wat jaar betreft, stemt het Gooisch (behalve het dialect van Spakenburg, waarvoor jeer wordt opgegeven) met het Westfriesch overeen, schoon jaar alleen voor Huizen wordt opgegeven met heldere «, maar te Hilversum, Laren en Blaricum ja"r luidt. Verder vind ik nog voor Hilversum avend, voor Laren a°vend.