VIII. Weerkundige waarnemingen.

Met de registreerende werktuigen in en bij de landskeet te Helder geplaatst, werden weder een aantal waarnemingen gedaan waarvan wij de volgende mededeelen, daar zulke nauwgezette en langdurige opnamen aan onzen noordwestelijken hoek vergeleken met die van het meteorologisch instituut in het hart des lands (te Bilt) ongetwijfeld nuttige inlichtingen kunnen verschaffen aan de zeevaart en eerlang ook aan den landbouwenden stand.

Wind.

De grootste winddruk werd waargenomen op 2 Febr. te 6 u. 55 m. namiddags = 76 K. G. op den M2 en boven de 60 K. G. kwamen nog winddrukken voor op 31 Jan., 3, 16 en 17 Febr., 24, 25 en 26 Maart, 11 Mei en 2 Dec.

De gemiddelde winddruk bedroeg over het jaar 5.03 K. G. of 1.79 K. G. onder den normalen te Helder.

Barometerstand.

De hoogste werd waargenomen op 13 Jan. voorm. 10 u. 20 m. = 780 m. M. en de laagste op 27 Nov. voorm. 3 u. = 730 m. M.

Hooger standen dan 770 m. M. kwamen 49 maal voor, lager dan 745 m. M. slechts op 21 dagen.

De gemiddelde stand over het geheele jaar bedroeg 761.2 of 0.9 m.M. boven den normalen.

Thermometerstand.

De hoogste stand werd waargenomen op 15 Aug. nam. 3 u. 25 m. = 28° 6' Celsius, de laagste op 22 Febr. voorm. 7 u. =-4-20 3'C.

De gemiddelde stand over het geheele jaar was io° 1' C. of o° 2' boven den normalen, derhalve was het jaar 1898 juist één graad C. warmer dan 1897.

Magnetische declinatie.

Al weder verminderde de declinatie ten westen, die steeds 's nam. 2 ure wordt waargenomen, en bedroeg nu 14° 45' 12"; in 1892 nog 15° 8' 4«"-