van de rechte gedeelten, en van 40—46 in de bochten, werden ook de zij kanalen B, C en D verbeterd, en voor de betere toegankelijkheid van Haarlem werden mede maatregelen genomen.
12 Schadevaringen kwamen voor, de belangrijkste vorderde niet meer dan ƒ 3000,—, voorts 6 aanvaringen van schepen onderling, waarvan de ergste tusschen het Duitsche stoomschip Georg Mahn en het Nederlandsch s. s. Penelope, waarbij beide zeer beschadigd werden.
Hooge uitgaven werden gedaan voor verbetering en vooral voor onderhoud van het Merwede-kanaal, namelijk ƒ114000,—, en het Groot Noord-Hollandsche kanaal kostte nog meer, ƒ 135 000,— aan verbetering en onderhoud. Ruim zoo duur was de verbetering en het onderhoud van het kanaal door Walcheren , van Vlissingen naar Vere, hoewel het bij lange na niet zoo druk bevaren wordt als het kanaal door Zuid-Beveland, de groote verbinding tusschen Noord- en Zuid-Nederland, waar het aantal doorgeschutte vaartuigen 41 195 beliep, met 6'/4 millioen M3 inhoud; hieronder waren 5704 rijnschepen met 3V4 millioen M3 inhoud, een bewijs dat de vaart tusschen Antwerpen en den Rijn belangrijk is; dit kanaal eischte slechts ongeveer ƒ 46 000,— uitgaven.
Onder de overigen valt de Zuid-Willemsvaart in het oog, ruim anderhalve ton gouds vooral voor verbeteringen vorderend, terwijl het daarmede verbonden kanaal naar Luik slechts ƒ 12 000,— aan onderhoud kostte, die door België werden betaald.
Tamelijk aanzienlijke uitgaven vinden wij geboekstaafd voor de volgende kanalen: het Apeldoornsche (ƒ22 000,—), het Voornsche (ƒ35 000,—), de gekanaliseerde Hollandsche IJsel (ƒ 18000,—), de Drentsche kanalen en het Meppeler diep (samen ƒ 52 000,—) benevens nog enkele minder belangrijke. De kanaal-, strand-, waterleidings- en verbeteringswerken te en bij Terneuzen vorderden eene uitgave van ƒ123000,—: deze plaats komt door die werken tot bloei, want 414 zeeschepen met 946 600 M3 inhoud lostten of laadden er, terwijl van het kanaal naar Gent door 2644 in- of uitgaande zeeschepen werd gebruik gemaakt; met België wordt steeds onderhandeld over de nog aan te brengen verbeteringen.
Ten slotte zij vermeld dat eindelijk de verbinding van de Hoogeveensche en Almeloosche kanalen met het Eemsbekken in Pruisen haar beslag heeft gekregen.
III. Wegen.
a. Wegen voor gewoon verkeer.
Hoe uitnemend ons wegennet moge wezen gaat men steeds voort het te verbeteren, overal worden kleiwegen, zand- en heidesporen kunstmatig