LITTERATUUR.
A. NEDERLAND.
Bijdragen tot de kennis van de provincie Groningen en omgelegen streken, uitgegeven door het Centraal bureau voor de kennis van de provincie Groningen en omgelegen streken. Deel I. Eerste stuk. Gron. J. B. Wolters, 1899.
Aan het Natuurkundig Genootschap te Groningen heeft dit Centraal Bureau zijn ontstaan te danken of, wil men verder teruggaan, aan een voorstel van den heer P. R. Bos, strekkende om door en vanwege het Natuurk. Genootschap te doen verzamelen en verwerken gegevens voor een land- en volkskunde van het noorden des lands. In Friesland is het Friesch Genootschap van geschied-, oudheid- en taalkunde werkzaam, en bewaart het Provinciaal Museum vele schatten en merkwaardigheden. Het Groningsche Centraal Bureau wil naast het Groningsch Museum, den Gron. Volksalmanak en het Historisch Genootschap, meer bepaald op natuurkundig, geologisch, natuurhistorisch, ethnographisch en geographisch terrein arbeiden, zonder daarbij evenwel de grenslijn bijzonder scherp te trekken; het wil verzamelen en wetenschappelijk ordenen wat nog aanwezig is uit den ouden tijd, wat te voorschijn kan gebracht worden uit den bodem en uit de archieven; maar tevens wenscht het zijne aandacht te schenken aan het tegenwoordige: aan den toestand des bodems, den geologischen en agronomischen, de bevolking naar hare verspreiding, hare emigratie en immigratie, haar bedrijf, hare vermeerdering, aan het wegen- en kanalennet in zijne jongere ontwikkeling, den waterafvoer, de bedijking: aan al wat dienen kan tot vermeerdering van de kennis des lands en van zijne bewoners. „Duitschlands geologen en geografen, ethnologen, historici en archaeologen weten het wel", zegt het Centraal Bureau in zijne inleiding, „van hoe groote beteekenis de beoefening der „Heimathkunde is. Meer dan nu nog het geval is, moeten wij voor ons vaderland hun voorbeeld volgen, vooral waar het betreft samenwerking, concentratie van krachten."
Dit eerste stuk bevat een lijst van punten waarop het Bureau door
34