FRANKEN IN DRENTE?

DOOR

Dr. J. TE WINKEL.

Gaarne maak ik gebruik van de gelegenheid, mij door de Redactie van het I ïjdschnft geboden, om het een en ander toe te voegen aan hetgeen Dr. Sasse over Franken in Drente heeft in het midden gebracht. Ik begin met de onvoorwaardelijke onderschrijving van zijne hoofdstelling, dat ons land door een (vermoedelijk bruinoogig, misschien ook korthoofdig) vóór-Germaansch volk werd bewoond op het oogenblik, dat de blauwoogige en, althans voor een gioot deel, langhoofdige Germanen daar binnendrongen en dat die vóór-Germanen, wel verre van door de Germanen uitgeroeid te zijn, daar zijn blijven voortleven, ten slotte met hunne overwinnaars vermengd en tot één geheel geworden. Of die vóór-Germanen misschien van Finnischen stam waren (zooals niet zonder grond is vermoed) of Kelten geweest zijn (zooals voor een deel van ons land met zekerheid kan worden beweerd), laat ik in 't midden. Het meest ben ik geneigd mij op eene onderlaag van Finnen eene tweede laag van Kelten en eindelijk eene derde laag van Germanen te denken. De laatste, jongste aankomelingen hebben dan hunne Germaansche taal aan de andere, allengs met hen samensmeltende, bevolking opgedrongen. Ook in Drente mag men zulk eene vóórGermaansche bevolking veronderstellen, al weet de geschiedenis ons daarvan ook niets mee te deelen.

20