is Prof. te Winkel als medeoprichter te rekenen, hebben we iets kunnen leren, nl. dit dat er in Drente „Franken wonen. Deze bewering geuit door een taalkundige als Prof. te Winkel krijgt juist daardoor voor mij even veel waarde als of ze kwam uit de mond van een antropoloog, omdat de wetenschappelike richting van te Winkel zo zeer gewaardeerd verdient te worden.
Toch is het iets nieuws, altans in zekere zin. Wanneer we Lub ach tot straks even buiten beschouwing laten (omdat z'n werk nu niet alle dagen meer vermeld wordt, hoewel 't dit nog wel verdient en hij in z n werk over „De bewoners van Nederland" op blz. 423 en volgende zeer juist de spijker op de kop schijnt getikt te hebben) dan hebben we eigenlik alleen Johan W in kier onder de nieuwere schrijvers aan te halen, als man van gezag op 't gebied van de kennis van stammen en rassen in Nederland. Want ook Dr. Blink volgt geheel Johan Winklers opgaaf in z'n Standaardwerk over de bewoners van Nederland.
Welnu, Johan Winkler spreekt volstrekt niet over Franken in Drente •, wel zijn die te vinden in Gelderland bezuiden de Rijn en verder in geheel Zuidelik Noord-Nederland enz., maar in Drente, Overijsel en de Achterhoek heeft men in hoofdzaak, zegt hij, Sassen en in 1H riesland en Groningen in hoofdzaak Friezen of t rieso-Sassen.
Toen te Winkel dus beweerde dat er Franken voorkomen in Drente, had Dr. Blink zeer zeker reden om verwonderd op te kijken en te vragen of de (in dit geval hogere autoriteiten, de) antropologen dat toestemmen.
Wanneer men nu de beschrijving leest, die Johan Winkler geeft van de drie rassen of stammen, die volgens hem Nederland bewonen, de Friezen, Sassen en Franken, dan treft het dat er onder de Franken mensen worden beschre-