Het vraagstuk der cellulose-gisting is gaandeweg scherper en eenvoudiger geworden, doch nog niet geheel opgelost. Het eerst werd het in 1850 aan de orde gesteld, e ge regelde onderzoekingen dagteekenen van 1875 eSonnen werd met rioolmodder te laten gisten, het hoofdbestan daarvan bleek cellulose te zijn, van daar, dat de veidere proeven grootendeels met zuivere cellulose (fi treerpapier en watten) werden genomen. Daarbij ontwikkelen zich de bestanddeelen van ons brongas, echter met uit alle wijzigingen der cellulose, sommige zijn niet-vergistbaar.
Bij aanwezigheid van vrije of gebonden zuurstof verloopt
het proces anders, de hoeveelheid koolzuur is dan grooter.
De vraag „hoe en waaruit ontstaat het brongas is dus nog niet geheel bevredigend opgelost. Nadere onderzoekingen van bacteriologischen aard zullen daarover waarschijnlijk meer licht verspreiden.
Utrecht, Februari 1899.
LITTERATUUR-OPGAVE.
1. 1729. „Zeldzaam Voorval in Vriesland» (Europische Mercurius XL. Tweede
a m2.' Oeko Scharlensis. „Chronyk en Waaragtige Beschryvinghe van Vriesland" Vermeerderd en ten tweeden male uitgegeven, te Leeuwarden oo Cornelis van Stavoren. (In 97o „hield O. S. op met schrijven" In ,S65 verscheen de eerste gedrukte uitgave, voortgezet door Johannes Vlij arp). , I773 G. Brugmans. „Verhaal van eenige Bijzonderheden, waargenomen
het Graaven van een Put in Friesland". (Verhandelingen, uitgegeven door de HoUandsche Maatschappij der Wetenschappen te Haarlem. Deel XI > 4. 1839. Dr. R. Westerhoff en Dr. G. Acker Stratingh. Natuurlijke Gesch.e-
denis der Provincie Groningen'
5 1850. Mitscherlich: ,Ueber die Zusammensetzung der Wand der flanze Jle". (Bericht über die zur Bekanntmachung geeigneten Verhandlungen der Königlich Preussischen Akademie der Wissenschaften zu Berlm).
6 1852. Dr. P. Harting. ,De Bodem onder Amsterdam, onderzocht en beschre' vm". (Verhandelingen der Eerste Klasse van het Koninklijk-Nederlandsche
Instituut. Derde reeks, vijfde deel).
7. 1863. J. J. Bruinsma. „Het Roode Klif". (Nieuwe Friesche Volksalmanak).