Het ligt in den aard der zaak dat wij in deze aankondiging van zijn werk den reiziger niet zullen volgen, als hij zich op het gebied der geschiedenis, der taalstudie of der volkenkunde, in engeren zin genomen, beweegt. Slechts dat, wat zijn werk op het gebied der eigenlijke geographie in het licht stelt en nieuws bevat, willen wij hier kort uiteenzetten.
Daartoe rekenen wij dan in de eerste plaats zijne beschrijving van de hoofdplaats en hare omgeving, die ons in staat stelt, niet enkel een volkomen juist denkbeeld te vormen van de ligging en uitgestrektheid van Ternate, door een platten grond opgehelderd, maar tevens van het leven in die plaats, hetwelk zich uit de beschrijving der verschillende gedeelten en hoofdgebouwen zoo gemakkelijk laat opmaken. Daarmede gaat gepaard eene schildering der verschillende rassen of stammen, welke elkander daar ontmoeten of er samenwonen, terwijl zich aan die gebouwen en stammen als vanzelve ook de geschiedenis der plaats en de vergeefsche pogingen om Ternate uit haren geisoleerden toestand te verlossen , laten vastknoopen.
Er ligt iets droevigs in de verklaringen van den schrijver, „dat op dezen klassieken bodem, waar tal van geslachten zijn vergaan en anderen na hen verrezen, allen meer of min den stempel van hun tijd op deze enge ruimte hebben afgedrukt, doch dat zij desalniettemin zóó weinig invloed op de omgeving uitoefenden, dat de schets van den oudsten Nederlandsch-Indischen geschiedschrijver schier geheel op den tegenwoordigen toestand past; dat de handelsbeweging der groote volken zich nooit tot deze oorden uitstrekte en de kleine kolonie van vreemdelingen dus opging in de gebruiken der inboorlingen; dat de weinige belangstelling, die men een korten tijd, naar aanleiding van de voordeelen, welke de specerijteelt scheen te beloven, voor Ternate heeft gekoesterd, reeds lang weder is verdwenen en dat het gewest een lastpost op de begrooting was en bleef: een bezit, dat millioenen heeft gekost."
Men verwachte dan ook niet, dat de hoofdplaats van dit gewest iets van een Europeesche hoofdplaats zal bezitten: drie nagenoeg evenwijdig loopende straten of wégen, waarvan de strandweg de langste is, onderling door min of meer smalle paden verbonden, vormen de eigenlijke stad, die noordwaarts overgaat in het Chineesche kamp, aan welks einde het fort Oranje ligt, dat weder door de Makassaarsche wijk van het sultansgebied wordt afgescheiden.
Wekt deze algemeene beschrijving reeds geen hooge denkbeelden op, de legenda van den platten grond en de nadere beschrijving der hoofdgebouwen doen ons nog duidelijker inzien, onder welke rubriek „de stad" Ternate dient gerangschikt te worden.