gens verbreidde het zich rondom Pt. Barrow, verder naar het O. naar de Mackenzie-rivier, over de centrale gewesten van de noordelijke eilandenwereld en eindelijk naar Labrador en Groenland. Met die verspreiding waren duizenden van jaren gemoeid, want zij kunnen slechts in kleine troepen verder getrokken zijn, en (zooals zij ook nu nog gewoon zijn), gedurende zekere tijden van het jaar. Immers grootere verhuizingen waren niet mogelijk, daar de groote woestenijen, waar langs zij trekken moesten , geen genoegzaam voedsel opleverden. Op die wijze voortdurend nieuwe landen ontdekkende, bleven sommige stammen daar achter; anderen gingen nog steeds verder, en op die wijze ontstonden ten slotte de tegenwoordige zoo verspreid liggende nederzettingen.
Wat nu eindelijk de bovengenoemde bijzonderheden betreft, zij zijn ontleend aan de uitvindingen, gedaan om den Eskimo's de noodzakelijke middelen van bestaan te verschaffen; hun woningen, kleeding en versierselen; huiselijke industrie en kunst; godsdienst en folklore, en eindelijk hun sociologie.
Om het gezegde door een enkel voorbeeld op te helderen: bij de eerstgenoemde uitvindingen spelen de kayak met zijn uitrusting en instrumenten voor de jacht, een groote rol. Welnu: terwijl de Eskimo van Alaska, evenals zijn nabuur de Indiaan, op de rivier bij het visschen nog gebruik maakt van de berkenhouten cano, moest hij bij het bereiken der riviermonding en de open zee die cano met zeehondenvel bekleeden en tegen den golfslag met een dek voorzien, waardoor eerst recht de kayak ontstond, die, in Groenland vooral, zoozeer gesloten is, dat het geheele lichaam van den roeier behalve het gelaat er door beschermd wordt. Terwijl in Alaska, als bij den Indiaan de roeiriem met een lepel in gebruik is en dit zoo blijft tot de Yukon, om tot de Mackenzie voor roeiriemen met een en met twee lepels plaats te maken, blijft aan gene zij van die rivier tot en met Groenland uitsluitend de tweelepelige roeiriem in gebruik. Ook bij de harpoen en de lijn vindt men dezelfde verbeteringen aangebracht, naarmate inen zich meer oostelijk van Alaska naar Groenland verwijdert.
Om ook een voorbeeld aan de woningen, de kleeding en versierselen te ontleenen, de winterwoningen van Alaska zijn, meer gelijkende op die der Indianen, kleiner en minder goed ingericht dan die van Groenland. Bij de eersten wordt nog meer gebruik gemaakt van hout, wat oostwaarts zeldzamer wordt; aan gene zij van de Mackenzie wordt veel sneeuw, in Groenland worden steen en zoden of turf gebezigd. Alleen bij Alaska vindt inen op de bekende kleeding der Eskimo's in zooverre een uitzondering, dat het hoofdbedeksel verschilt en men aldaar door grootere