Prince Roland Bonaparte. Une excursion en Corse. Paris. Imprimé pour 1'auteur 1891.

Wij kunnen ons niet anders voorstellen, of de lezers van dit tijdschrift zullen in de reizen en publicaties van een schrijver belang stellen, die, in weerwil van zijn naam, afkomst en positie, het stille studeervertrek en de natuur boven het glibberige veld der politiek verkiezende, reeds zoovele bewijzen van zijn ernstig wetenschappelijk streven heeft geleverd, zich daarbij tot de Nederlandsche koloniën bijzonder voelde aangetrokken, meermalen Nederlandsche reizigers en onderzoekingen steunde en ook nu weder zijne sympathie voor ons land bewees door verscheidene exemplaren van het beperkt aantal, dat van het hierboven genoemde, zoo kostbaar uitgegeven werk verscheen, in Nederland te verspreiden.

Stemden deze omstandigheden natuurlijk gunstig voor den schrijver, de „Excursions" zelve zijn alleszins in staat om voortdurend belangstelling te wekken en maken het ons dus onzerzijds, ook om die reden, tot een aangenamen plicht, er de aandacht op te vestigen van hen, die van Corsica studie wenschen te maken.

Vooreerst heeft het werk geen gering geographisch belang. De reis, die reeds in 1885 zou ondernomen zijn, toen, zooals de schrijver verklaart, de „élections législatives, auxquelles nous ne voulions pas être mêlé", dit beletten, werd twee jaar later volvoerd en duurde 30 dagen. Zij had in dier voege plaats, dat Monte d'Oro bezocht, de route van Foce de Vizzavona naar Bastia, vandaar naar Ajaccio over Calvi, van datzelfde Ajaccio naar Sartena gevolgd en de terugreis over Bonifacio en Porte Vecchio genomen werd.

Blijkt dus uit den tijd, aan de reis besteed, en uit de route, die gevolgd werd, voldoende, dat slechts een gedeelte van Corsica werd bezocht en beschreven, en zou men dus genegen zijn de waarde van het werk niet in de eerste plaats op geographisch gebied te zoeken, ons troffen juist in de algemeene beschrijving van het eiland de opmerkingen over zijn kusten, bodem, geologische gesteldheid, zijn eigenaardigen plantengroei en gletschersporen: opmerkingen, die niet enkel van een scherpen blik op het landschap getuigen, maar tevens van volkomen bekendheid met die vraagstukken, welke thans den wetenschappelijken reiziger worden voorgelegd.

Verder meenen wij de geographische waarde van het werk ook te mogen zoeken in de zoo levendige beschrijvingen van steden en landschappen,