schoolatlas te verbeteren en aan te vullen. Mijn schetsatlas wil buitendien hoofdzaken scherp geven; de rias van Galicie reken ik niet onder de hoofdzaken. Voor den leeraar, die vooral in de hoogere klassen sommige kusten en kusttypen eenigszins uitvoerig wil behandelen, heb ik enkele kusten in cartons zeer nauwkeurig in horizontalen vorm geteekend. — In verband met het doel, waarnaar ik met mijn atlas streef, noem ik mijn teekening der Galicische kust juisi, even goed als ook die teekening in S.-W.'s atlas juist is in verband met het gelieele doel van dien atlas.

Een schilderij of een plaat geeft een stad, een waterval met de grootst mogelijke juistheid te aanschouwen, een kaart duidt ze slechts aan door een stip, door een paar streepjes; is ze daarom als kaart niet juist? Een kaart kan hoogstens een plattegrond heeten, maar die dan altijd nog verre van juist is. Een kadastrale kaart op zeer groote schaal zal men wellicht als plattegrond juist kunnen noemen, maar bij elke andere kaart zou men van onjuistheid kunnen spreken in den zin, dien de heer T. aan dat woord schijnt te hechten; ik herhaal: ze kan slechts een min of meer nauwkeurige plattegrond -heeten met meer of minder aanduidi?igen. Soms hebben deze vrijwat overeenkomst met de zaak, soms zijn ze er geheel vreemd aan, zooals de stippen voor steden en dorpen.

Onjuist zouden mijn kaarten zijn, als ik b. v. Arnhem op den linkeroever van den Rijn, Nijmegen op den rechteroever van de Waal plaatste of het eiland Banka als een schiereiland van Soematra teekende, enz.,— en dat wel, omdat aan die veranderde teekening in genoemde 3 gevallen geen redelijk motief ten grondslag zou liggen. Dat redelijk motief is wel aanwezig, wanneer ik op een Alpenkaart b. v. van het geheele bergstelsel enkel de kammen teeken en de dalzolen, de eerste door weinig gebogen lijnen, de laatste door de rivieren voorgesteld. Zoo'n schetskaart maakt het vinden van de plaats der ketens en wegen alvast gemakkelijk, wat voor jongens op een gewone kaart lastig is; ze geeft een beter overzicht, en, al mag de gewone kaart meer met de werkelijkheid overeenstemmen en het daarom goed zijn, deze tegelijk goed te bekijken, — ik vind het onmogelijk, den leerling een goede voorstelling van het Alpenstelsel te geven en die eenigszins in 'tgeheugen te doen beklijven, zonder gebruik te maken van een schetskaart.

Hierbij te spreken van achteruitgang naar den tijd van de rupsvormige bergteekening is zeer onjuist en komt bij de beoordeeling van een methodisch ingericht werk volstrekt niet te pas. Die rupsenvorm kwam voort uit onkunde en was geen deel eener methode, de strepen op mijn kaarten hebben een bepaald doel en maken een deel uit mijner methode.