Wij willen hier nog er op wijzen, dat in de laatste jaren door de koninklijk Pruisische Bergbauverwaltung omvangrijke temperatuurbepalingen (en wel met gewichtsthermometers) zijn verricht, ten einde de „geothermische Tiefenstufe" zoo nauwkeurig mogelijk in de vijf diepste boorgaten vast te stellen. Daarbij heeft men de volgende resultaten verkregen :

Schladebach (bij Merseburg) 6 ra.—1716 m. 36,88 m.

Sennewitz (bij Halle) 75401.—1084 ra. 36,66 m.

Lieth (bij Altona) 426 m.—1259 m. 35,07 m.

Sudenburg (bij Magdeburg) 30 m.— 563 m. 32,36 m.

Sperenberg (bij Berlijn) 220 m.—1066 m. 32,00 m.

Maastricht, Juli 1891.

1) De onkosten der temperatuurbepalingen te Schladebach alleen bedroegen 5733 Mark.