woord reeds wijst op hun kleinen omvang. Deze sporadische verschijning van weinig uitgestrekte laagveenvorming staat in verband inet de locale oneffenheden en grondwaterstanden van den bodem. In de nabijheid van de Wijk en de IJhorst kan men o. a. dergelijke veentjes vele vinden, sommige van niet meer dan 200 è. 300 meter middellijn en bijna cirkelvormig, andere van ongeveer 1000 M. of meer diameter.

Men vindt ze ook in het Zutfensche en in de hoogere gronden van Overijsel, waar ze als „vennen" aangeduid worden, in Noord-Brabant en elders 1). Het uiterlijk, hunne betrekking met de omliggende terreinen en de ligging der lagen bracht ons tot de conclusie, dat enkele van die kommen door draaikolken in het smeltwater van het landijs tijdens het afzetten van het zanddiluvium gevormd werden, op de wijze als Dr. J. Lorié dit beschrijft van de Derbingskuil in Drente. Dr. H. van Cappelle bracht ook de kringvormige kuilen van Gaasterland tot dergelijke formatie. Dit in 't voorbijgaan.

De aaneengeschakelde lage venen komen meest voor nabij de zeekust en wel bij de lage, vlakke kusten. Aan de hooge, steile kusten kunnen zij uit den aard der zaak niet ontstaan. Ten noordoosten van Nederland zetten zij zich voort onder dezelfde omstandigheden als in ons Vaderland. Men vindt ze langs de Noordzee van Holstein af tot Normandië toe. Het trekt reeds onmiddellijk de aandacht, dat lage venen in de landen aan eene zee, die sedert historischen tijd duidelijke sporen van positieve niveauverandering vertoont, zulk eene uitbreiding erlangd hebben. Op dit verband tusschen de venen en het niveau der zee komen wij terug.

De oppervlakte der lage venen is effen en vormt eene niveau-vlakte, in tegenstelling van die der hooge venen. Hieruit blijkt reeds onmiddellijk, dat de eerste hunne oppervlakte aan den invloed van het water te danken hebben. De betrekkelijke hoogte dier oppervlakte is nergens veel boven den gemiddelden zomerstand van het omringende water verheven. Waar dit wel het geval is, kan men zeker zijn, dat na de vormingvan het lage veen de waterstand op die plaats gedaald is, door verbeterde afvoerkanalen, bemaling of andere oorzaken. Hierdoor verkreeg het laagveen in den loop der tijden op sommige plaatsen de uiterlijke ligging van het hoogveen, hoewel de structuur der formatie en de vorm der

1) In het zuiden van Drente noemt men ze op enkele plaatsen «Viedder". Dit woord vinden wij in den dorpsnaam »Viedder" (Drente) en "Vledderveen", een buurt in de gemeente Viedder. De heer Hommo Tonkes spreekt in dit Tijdschrift 1890, pag. 824, van de "Fledderveenen" ten Z. W. van Onstwedde. De oorsprong van dien naam is ons onbekend; misschien kunnen taalkundigen ons hierover inlichten.