Shibika moet nog zuidelijker dan Kerne liggen, wat eerst na een vaart van 3 dagen bereikt werd. Of de Oead Oeider, die zich thans in een zoutmoeras bij de Puerto Cansado verliest, vroeger met de lagunen Doera ed Daura der tegenwoordige kaarten heeft samen gehangen, en wij dan in den Dschebel Tesegdelt de zeer groote bergen van § 9 hebben te zien, wagen wij vooralsnog niet te beslissen ').
Kr is echter nog een derde woestijnstroom bezuiden kaap Juby, die veel eerder in aanmerking kan komen: wij bedoelen de Segit-el-Hamra, „de rothe Schlucht" der Duitsche kaarten, die, naar haar uitgestrekte bedding en vertakkingen te oordeelen, evenals de Igharghar in de Algerijnsche Sahara en de Bahr-el-Ghasal, die zich vroeger uit het Tsadmeer ontlastte, eens een zeer belangrijke stroom moet geweest zijn. Zij wordt ook thans nog in haar bovenloop door Douls als een belangrijke rivier, die in een gedeelte van het jaar haar oevers overstroomt en vruchtbaar maakt, beschreven. Wel deelt deze reiziger, die het stroomgebied aan beide oevers onderzocht en de uitgestrekte, zeer vruchtbare oevers roemt, ons mede, dat de rivier 180 kil. van haar monding gedurende een deel van het jaar droog ligt (zóó echter niet, of de Mooren weten altijd water te verkrijgen door in de bedding te graven); maar dit heeft zij met alle woestijnstroom en of Wadi's, ook met de Wadi Draa, gemeen en het behoeft volstrekt geen bezwaar te zijn om haar, evenals de Lixus of Draa, in Hanno's dagen als grooten stroom te erkennen2). Alsdan belet ons niets om verder aan te nemen, dat zij, tijdelijk buiten de oevers ge-
all the valleys in this region What strikes the traveller in that region most for-
cible, is the spectacle of these vast riverbeds — the remains of majestic rivers which must have rolled their impetuous waters trough a tropical vegetation in prehistorie times".
1) Wij moeten bekennen, dat ook voor dit terrein die zeer groote bergen niet gemakkelijk zijn aan te wijzen. Trouwens zij zijn voor de geheele kust bezuiden den Atlns niet aanwezig. De eenige verklaring, die overblijft, is o. i. deze, dat de «grootste" of «hoogste" hier relatief dient genomen te worden, wat bijv. van den Tesegdelt en den rand van het plateau bij de Shibika kan gelden, die zich een 100 m. boven de andere deelen van dien rand verheffen. Of izsyiTrx hier in den zin van »zeer uitgestrekt" zou kunnen vertaald worden? Die plateau-rand toch, aansluitende aan den uitlooper van den Anti-Atlas, vergezelt verder de kust van de Wadi Draa tot de Oead Oeider en moet zich met zijne hoogte van 130—274 m. voor hem, die langs de kust vaart, of tegenover het lage vlakke strand, als een uitgestrekte keten voordoen.
2) Zie noot 3, p. 632. »Then doubtless settled populations lived on their banks and perhaps at the places where the nomad now watches his flock, villages and even towns may have stood in the midst of tropical agricalture (Sc. Mag. 1888, p. 483).