houdt ook deze omstandigheid ons van die nieening terug, dat Hanno het eilandje eerst bereikt, nadat hij althans een gedeelte der woestijnkust heeft bevaren; en voorts, dat dan weder èn de Lixus èn alle daarvan ten N. gelegen koloniën benoorden Agadir moeten gesteld worden. Dat dit niet waarschijnlijk, ja onmogelijk moet geacht worden, meenen wij te hebben aangetoond. — Over andere bezwaren tegen die ligging bij Agadir spreken wij terstond nader.

Zij die Kerne naar de monding der Rio Oro of naar Arguin verplaatsen, bijv. Carl Muller, beginnen met in den tekst van Hanno den omvang van Kerne van s' (vijf) in is' (vijftien) stadiën te veranderen, en, om den grooteren afstand tusschen de Lixus en de Rio Oro of Arguin goed te maken, in plaats van dvo (2) SiaSexa (12) dagen te lezen.

Deze verandering is niet zoo onschuldig als zij schijnt, daar Hanno nergens zulke groote afstanden opgeeft en waarschijnlijk ook niet heeft afgelegd, tenzij op zijn tweede reis, toen hij in eens door van Kerne naar het Zuiden voer (zie § n), waarom hij of de vertaler dan ook de uitdrukking ènl fiear/^^Qiav (naar het Z.) in plaats van het gewoonlijk gebruikte 71QÓS iiearj^qiav (in zuidelijke richting) bezigt.

Doch verder is de zaak door de tekstverandering bij Hanno alleen niet gered.

Immers behalve Hanno hebben nog andere schrijvers der oudheid hun meening over die ligging uitgesproken, welke meening dan door de plaatsing van het eiland Kerne zooveel zuidelijker eenvoudig woidt terzijde gelegd.

Wat Scylax bijv. in zijn Periplous over de ligging van Kerne en de gesteldheid van dat eiland mededeelt, kan moeilijk op een eilandje bij de Rio Oro of bij Arguin van toepassing zijn. „Na kaap Soloeis", zegt hij, „ligt een rivier de Xion'' (de Lixus of Wadi Draa, volgens aller meening, ook van hen die Kerne niet in de buurt dier rivier willen zoeken). „Rondom deze rivier wonen de heilige (isgoi) Aethiopiers. In de buurt daarvan ') is een eiland dat Kerne heet... Van kaap Soloeis tot Kerne duurt de vaart langs de kust zeven dagen en de geheele vaart van de zuilen van Hercules tot Kerne is van 12 dagen. Wat daar verder aan gene zij van Kerne ligt, kan niet bevaren worden wegens ondiepten , slib en zeewier. Dat wier heeft de breedte van een palm (span) en loopt spits toe, zoodat het prikt. Handel drijven daar Phoeniciers, die, als zij op Kerne gekomen zijn, hun vrachtschepen er

1) Scylax zegt xoctx Si txStx. Daar dit neutr. pluralis noch op de rivier, noch op hare bewoners terug kan slaan, vertalen wij het met Muller (circa haec) als »in de buurt daarvan". — Dr: Göben, p. 14, leest in plaats van xutcc: i-istx, en vindt op die wijze het gemakkelijkste middel om tot een zuidelijker ligging te kunnen besluiten.