kanaal dan slechts van het oostelijke, derde deel gebruik gemaakt*).
Tengevolge daarvan is de waterspiegel der boven-Eider (respect. Eiderkanaal), door opheffing van de zes schutsluizen in 't oude-Eiderkanaal, bij Rendsburg 2,3 M. gedaald2), op het hoogste punt zelfs 7 M. 3). Met dit deel van het oude-Eiderkanaal stond het Flemhudevwiee?' in direkte verbinding en had dus een niveau dat 7 M. boven dat der Oostzee en dus boven dat van het nieuwe kanaal was gelegen. Thans staat het in directe verbinding met dit kanaal, zoodat zijn waterspiegel 7 M. gedaald is, met dit gevolg dat zijne oppervlakte tot op V3 der oorspronkelijke grootte is ingekrompen. Van het drooggekomen gedeelte van den meerbodem is gebruik gemaakt tot het afzetten van den elders opgebaggerden grond. Maar met het oog op den waterstaatkundigen toestand der aangrenzende landerijen, heeft men langs den voormaligen omtrek van het meer eene soort ringvaart opengelaten met het oorspronkelijk niveau van het oude meer. Deze ringvaart evenwel ontvangt voortdurend watertoevoer van de vroeger in het meer, thans in deze ringvaart uitmondende boven-Eider en van enkele andere riviertjes.
Op zeer eigenaardige wijze wordt thans dat water geloosd op het van het oude meer overgebleven deel en daardoor dus op 't kanaal, n.1. door middel van een 7 M. hoogen waterval. Het hierin opgehoopt arbeidsvermogen zal gebruikt worden voor het tot stand brengen eener electrische verlichting.
Bij Brunsbüttel en bij Holtenau kan het kanaal door groote dubbele schutsluizen zoo noodig afgesloten worden van de door de getijden wisselende waterstanden van Noord- en Oostzee, maar zooals aanstonds zal worden aangetoond kunnen de Oostzeesluizen bijna 't geheele jaar, de Elbesluizen gedurende meerdere uren daags geopend blijven. Maar overigens wordt op geen enkel punt de waterweg afgebroken door sluizen, want
1) Twee derde gedeelte kon grootendeels »in den droge" gemaakt worden, waartoe de ook bij onze kanaalwerken welbekende excavateurs, baggermolens te land, gebe zigd werden, welke in 10 uren tijds 3000 M3 grond verplaatsen. — Zoojuist zie ik u't een artikeltje in het Algem. Handelsbl. van 2 Maart 1895 dat de schrijver daarin onbekend is met deze verandering van 't oorspronkelijk ontwerp, en het vereenig'ngspunt van den ouden- en nieuwen waterweg nog bij Wittenbergen plaatst.
2) Dit heeft een gelijktijdige daling van den grondwaterspiegel veroorzaakt en dus een uitdrogen der bronnen, voor welk verlies de stad uit de rijksmiddelen is schadeloos gesteld (300,000 M). Eveneens werden overeenkomsten getroffen met de vele industrieëlen, die tot dusver het hooge Eiderwater als drijfkracht bezigden.
3) Zie daarvoor Karienblatt 2, N°. I.