,;het Hemelumer Hoog" kunnen wij het Morainelandschap in zijne meest typische ontwikkeling gadeslaan '). (Plaat II, fig. 4). Hoewel de hoogteverschillen hier zeer veel geringer zijn, dan die welke het Morainelandschap van Noordduitschland kenmerken, zien wij, onzen blik zuidwaarts nchtend, de hoogten en laagten zoodanig met elkander afwisselen, dat het terrein eenigszins den indruk maakt van een bewogen zee.
Ten N. strekt zich de Morra aan onze voeten uit — een meer, dat zich door den samengestelden vorm zijner oevers, en door den aard en de gedaante van zijnen bodem als een echt Grondmoraine-meer doet kennen : volgens mededeelingen van visschers steken uit den uit keileem gevormden bodem talrijke steenige klippen, die de scheepvaart zeer veel last veroorzaken, een eindweegs in het water, terwijl men bij lagen waterstand hier en daar groote steenblokken uit den waterspiegel ziet te voorschijn komen.
Niet ver van den noordelijken oever van genoemd meer, dat als een opeenhooping van water in een aanzienlijke diepte van het Morainelandschap ontstond, zien wij het terrein zich nog eenmaal verheffen en een N. N. O.—Z. Z. W. gerichte keileemhoogte vormen, die het liefelijk gelegen dorp Koudum draagta) en zich als een diluviaal eiland te midden der zeeklei voordoet.
Ook deze walvormige bodemverheffing bezit eene duidelijke ombuiging, die echter niet, zooals bij de boven beschreven ruggen, naar het W. of Z.W. doch naar het O. wijst.
Nog twee zulke diluviale eilanden verheffen zich ten W. van het diluviale terrein van Gaasterland uit de lage zeekleilanden; het zijn de vroeger reeds met een enkel woord genoemde N. N. W.—Z. Z. O. gerichte hoogte van Warns 3) en de bodemverheffing, waarvan het Roode klif4) een deel uitmaakt. In den eerstgenoemden heuvel, die zich als een duidelijke rug met zacht glooiend afloopende hellingen voordoet, vormt het keileem met het keidekzand een doorloopende smalle strook, die de kam der hoogte vormt en welke door jong diluviaal zand omgeven wordt; in het tweede, meer westelijk gelegen, diluviale terrein komt het keileem °P twee, door een lager gelegen, jong diluviaal zandterrein gescheiden,
1) H. ran Cappelle, Bijdrage tot de kennis van Frieslands bodem. IV. Eenige Mededeelingen over de diluviale heuvels in de Gemeente Hemelumer-Oldephaert en ^oordwolde. Tijdschr. v. h. Kon. Ned. Aardr. Gen. Jaarg. 1892, blz. 905.
2) H. van Cappelle, Bijdr. tot de kennis van Frieslands bodem. IV. 1. c.
®) H. van Cappelle, Bijdr. tot de kennis van Frieslands bodem. IV. 1. c.
4) H, van Cappelle, Bijdr. tot de kennis van Frieslands bodem. II. l.c.