het punt van samenvloeiing van de Samba en de Katingan. In menig opzicht herinnert dit fraaie punt aan Sintang, waar de Melawi zich met de K apoeas vereenigt. Beneden Kwala Samba is de Katingan een majestueuse stroom, die in breedte en waterrijkheid met de Kapoeas boven Sintang is te vergelijken. De Katingan stroomt van hier naar dejava-zee met tallooze kronkelingen voortdurend door een zeer laag en voor een geoloog hoogst oninteressant terrein. De zes dagen, die ik noodig had om in mijn sampan de Katingan tot hare uitmonding in de Java-zee af te zakken, behooren tot de onaangenaamste van mijn verblijf in Borneo, zoowel door het totaal gebrek aan bezigheid als door de milliarden muskieten , waarvoor deze rivier terecht berucht is. Een kleine afwisseling bracht een kort verblijf te Kasoengan, waar ik in de dienstwoning van het distrikthoofd Demang Anoem Tjakra Dalam overnachtte. De kampong Kasoengan ligt op een zeer smalle strook lands, ingesloten door een kolossale winding der rivier. Terwijl men deze landtong te voet overstekende in weinige minuten de rivier weder bereikt, heeft men een half uur flink roeiens noodig om dienzelfden afstand langs den waterweg af te leggen. Het kleinste gedeelte wordt door Maleiers, het grootste door Dajaks bewoond. De Dajaksche kampong Kasoengan is de grootste en welvarendste van de geheele Katingan. Ik verrijkte mijn verzameling photographieƫn hier met eenige opnamen van fraaie graven en kijkjes in de kampong. Het voorkomende distriktshoofd bood mij zijn ruimen, goed gebouwden bidar aan en vergezelde mij van hier verder stroomafwaarts tot Mendawei, waar hij een perkara had uit te pluizen.

Des morgens werd ik te Kasoengan tot mijn verrassing door psalmgezang uit mijn slaap gewekt. Het bleek mij, dat naast de dienstwoning van Demang een kleine school staat, waar een goeroe (inlandsch onderwijzer) de lessen iederen dag met het zingen van een psalm een aanvang deed nemen. Deze school is ontstaan door den invloed van de Rijnsche missie, die haar hoofdzetel te Bandjermassin heeft. Een paar dagen later ontmoette ik te Mendawei een der zendelingen van die missie, den heer Tromp, die juist een dienstreis de Katingan op ging ondernemen. Mendawei is een onaanzienlijke kampong niet ver van de uitmonding van de Katingan; juist aan den mond ligt de uiterst smerige kampong PĆ«gattan. In deze kampongs, waarvan de grootendeels Maleische bevolking in onsmakelijkheid met haar omgeving wedijverde, hield ik mij zoo kort mogelijk op, omdat daar juist een uiterst kwaadaardige berrie-berrie-epidemie heerschte, die reeds V3 der bevolking had