vooral is het echter reeds aanmerkelijk in breedte afgenomen, ten gevolge van voortdurende ontwouding.
Heeft men de hooge bergruggen en plateaux bereikt, dan verandert die toestand plotseling. Daar is het terrein nagenoeg volkomen boomloos te noemen; voor een groot deel althans zal dat wel meer aan 's menschen hand dan aan de natuur zelve moeten worden geweten. Dit is ook genoegzaam af te leiden uit de omstandigheid, dat men hier en daar, tusschen de in ontginning gebrachte terreinen, nog met boomen gekroonde heuvels ontwaart. Meer zuidelijk in de Tanala-streek vond Dr. Catat den hoogen bodem niet langer zoo kaal; hij trof er niet enkel alleen staande boomen, maar ook met struikgewas begroeide eD met boomgroepen bedekte oorden aan. Nog verder zuidwaarts, ter hoogte der Horombe-woestijn, zagen wij reeds dat de flora een ander karakter aanneemt, doch in zuidoostelijke richting moest weder eene dubbele strook woud worden doorgetrokken om Ft. Dauphin te bereiken.
Daalt men westwaarts het gebergte af, dan doen zich tot aan de straat van Mozambique twee zónen onderkennen, wier plantengroei merkbaar van elkander afwijkt. Tegen het gebergte aan in die lange warme vallei, die wij reeds leerden kennen, krijgt het terrein een savane-achtig karakter. De aanwezigheid van boomen, waarvan men bijna zou kunnen zeggen dat zij op onderling gelijke afstanden uiteen staan (een afstand die echter te groot is om een werkelijk bosch te vormen), doch niet minder de gelijksoortigheid en het gering aantal van de boomsoorten, die men aantreft, dragen daartoe bij. Wel is waar zijn daarop uitzonderingen aan te wijzen, o. a. de strook lands op de breedte van Morondava, die zich in 't bijzonder door de aanwezigheid van het gele sandalhout kenmerkt; maar in de hoofdzaak vindt men niets dan waaierpalmen en tamarinde boomen.
De kuststreek, ten westen der kale kalkruggen, daarentegen is ovei het algemeen weder met bosch bedekt, voor zooverre het in den omtrek der bewoonde plaatsen niet is uitgeroeid. In het verre zuidelijk deel aan de St. Augustynbaai treft men reeds de baobab aan, die men ook bij Ft. Dauphin meent te hebben opgemerkt. In vele kuststreken wordt caoutchouc gewonnen, hetgeen tot een levendigen handel, vooral met Amerika, aanleiding geeft.
Na dit algemeen overzicht in bijzonderheden te treden, levert voor den schrijver dezer regelen, die niet in de botanische wetenschap is ingewijd, eigenaardige moeilijkheden op. Ten einde echter ook in die richting eene kleine bijdrage te leveren, zijn voor het onderstaande een paar der geraadpleegde schrijvers meer rechtstreeks op contributie gesteld.