Blijken die waarnemingen bij nader onderzoek juist, dan zoude het eiland aan de zijde van de straat van Mozambique van lieverlede be^angrijk in breedte zijn toegenomen.

De provincie Imerina wordt gezegd aan delfstoffen rijk te zijn. Veel en goed marmer zoude er worden gevonden; vooral ook veel lei, voor llerlei gebruik uitmuntend geschikt. Reeds in 1855 werd het voorkomen v an steenkool aangetoond, die nog slechts in geringe mate wordt ontgind. Ook wordt van salpeter, van asbest en van petroleum gewaagd.

Onder de aanwezige metaalertsen moet in de eerste plaats van ijzer worden gesproken, waaraan de bodem zeer rijk is en dat ook wel in gedegen toestand wordt aangetroffen. Die ijzerrijkdom van den grond veroorzaakt dikwijls moeielijkheden bij het gebruik van het compas.

Het wordt op zeer eenvoudige wijze door de bewoners uitgesmolten, che daarvan akkerbouw-gereedschap vervaardigen.

Uit veelvuldig voorkomende pyriet wordt ook zwavel gewonnen.

Op meer dan één punt is koper, ook wel in gedegen toestand, aangeroffen, zoo ook looderts, dat door de inboorlingen tot het kleuren en ^erglazen van aardewerk wordt aangewend. Sporen van zilver zouden ter westkust zijn gevonden. Vele rivieren, zoowel die naar de west- als die D'lar oostkust vloeien, voeren goud af. Dit wordt niet alleen alluviaal, maar ook in het kwartgesteente aangetroffen.

Niettegenstaande het verbod op den uitvoer van goud, heeft die toch vooral op de zuidoostkust, sedert onheuchelijke tijden op noemenswaarde schaal in 't geheim plaats. Op de concessiën door de regeering in 1 e laatste tien jaren verleend, bestaat dat verbod niet en wordt het goud dan ook op geregelde wijze ontgonnen.

Bij het goudwasschen is op enkele plaatsen ook kwikzilver, echter in geringe hoeveelheid, aangetroffen.

Meerdere soorten van edelgesteenten moeten aanwezig zijn, doch, ot 21ch daaronder ook diamant zou bevinden, is nog onzeker.

Het laat zich begrijpen dat het klimaat op zulk een uitgestrekt eiland heel wat verschil aanbiedt. Deels zeer hoog boven zee, deels weinig daar boven verheven; voor het grootste deel binnen den keerkring, doch °°k ten deele daar buiten gelegen, kan dat wel niet anders. Op onderlinSe afstanden van slechts enkele mijlen hebben daar plotselinge overgangen plaats.

Voor Europeanen wordt de kust op vele plaatsen gevaarlijk geoordeeld degens de aldaar heerschende malariën, waaraan ook de inlanders uit de