onderscheiden worden, op de wijze als dit geschied is in den nieuwen Catalogus der Land- en Zeekaarten toebehoorende aan het Koninklijk Instituut voor de Taal- Land- en Volkenkunde van Nederlandsch Indië.

De topographische detail kaarten van West- en Oost Java hadden allen onder eenzelfde hoofd gebracht kunnen worden, op de wijze als nu geschied is, voor de Residentie kaarten van Java op de bladz. 753 en 754; met de vele kaarten van hoofdplaatsen had zulks eveneens kunnen geschieden.

Voor West-Borneo vindt men bijna drie bladzijden vol met lange titels betreffende kaarten van hoofdplaatsen en van de vierkante palen Gouvernementsgrondgebied rond die hoofdplaatsen; waren die kaartentitels in een overzichtelijk staatje opgenomen dan zou men niet in zooveel herhalingen zijn vervallen.

Het zoeken naar bepaalde kaarten zou door verschillende van de hierbovengenoemde middelen waarschijnlijk vereenvoudigd worden.

Hetgeen hierboven werd opgemerkt heeft uit den aard der zaak uitsluitend betrekking op de landkaarten; de zeekaarten zijn toch moeielijk anders te rangschikken als alleen naar de eilanden of vaarwaters waarop zij betrekking hebben; wèl echter zou de vraag kunnen gedaan worden of het noodig is, dat van sommigen, zulke buitengewoon lange titels vermeld moeten worden;

Zie bijv. n°. 422 bladz. 775 (ruim zeven regels titel), n°. 427 „ 776 (tien regels titel),

n°. 1038 tot en met 1042 op bladz. 814.

Zou het niet voldoende zijn geweest als voor de eerste was gesteld: n°. 422. Geteekende kaart der Wijnkoopsbaai opgenomen in 1837 door Hr. Ms. Korvet „Castor" en schoener „Krokodil", en voor de tweede:

n°. 427. Manuscriptkaart der reede van Batavia met de verschillende vaarwaters naar dezelve. 1840. Uitgeg. door de Comm. tot verbetering der Ind. zeekaarten.

Bovenstaande opmerkingen bij het doorbladeren van den catalogus genoeerd, zijn natuurlijk grootendeels het uitvloeisel eener subjectieve meening en werden o. m. vermeld, om te doen uitkomen voor hoevele vragen, de samensteller van een catalogus van zulk een groote collectie boeken en kaarten als het Departement van Koloniën bezit, gesteld wordt. Zeker is, dat de Heer Hartmann alweder een zeer omvangrijken en hoogst verdienstelijken arbeid heeft verricht, welke met zijn bekend „Repertorium op de literatuur betreffende de Ned. Koloniën enz. enz.", aan onderzoekers