van houten huizen bestaat. Het neemt snel in bloei toe door den houtrijkdom zijner omgeving en de stoomzagerijen op de omliggende eilandjes. De los- en laadplaatsen liggen beoosten en bewesten het eiland, waar de schepen 8 tot 13 M. water vinden voor de zagerijen.
Met Wiborg (23 026 inwoners) houdt 't Scandinavisch karakter op, de kustlijn vertoont dan ook een geheel ander beloop1). Wel blijft de kust hoog, van zee uit gezien althans, want eigenlijk ligt er een terrasland achter. Wouden ontbreken niet, al zijn ze niet dicht. Verder Oostelijk vinden we achter de kuststreek moerassen en meren De bocht van Wiborg3), die tusschen Kroserort en Peisari landwaarts in reikt, vernauwt zich gaandeweg, 't Achterste deel, waar de stad ligt aan den mond van het Saimakanaal, kan slechts bereikt worden door weinig diepgaande schepen. De dieper liggende blijven in Tr&ngsund.
Wiborg heeft eene belangrijke nijverheid: brandewijn, ijzer, machines, tabak, papier, zeep, enz. Ingevoerd worden hier evenals elders op de Ziiidjinsche kust: koloniale waren, zout, wijn, chemikaliën en ijzerwaren, enz. De uitvoer bestaat uit hout, ijzer en boter. Behalve met de havens in de nabijheid staat 't in verbinding met Stettin en Lübeck.
Hier neemt dus de Finsche kust een einde. Finland 4), dat zooals we reeds zagen, wat de aard van den bodem betreft, met Scandinavië een geheel vormt, bestaat in zijn binnenland uit een plateau van gemiddeld 150 M. hoogte, dat wordt ingenomen door rotsgrond, heidevelden, veen
1) Zie zeekaarten van de Finsche Golf.
2) Segel-Handbuch IV, 253, 254.
3) T. a. p. IV, 262, vlgg.
4) Vgl. voor de expeditie van Dr. R. Hult en J. E. Rosberg in 1890 Peterm. Mitteil. 1891, bl. 278.