AARDRIJKSKUNDIG NIEUWS.
Verplaatsing van de zandbank Onrust bij Texel. Zooals bekend is zijn de Razende Bol en de Onrust twee droogvallende zandbanken op de Noorderhaaks bij Texel. Het Nieuws v. d. Dag van 2 Mei 1898 vermeldt hieromtrent het volgende. Bij het jongste onderzoek der Texelsche stranden is gebleken, dat de zandbank Onrust tijdens den winter weer heel wat in oostelijke richting naar de westkust van het eiland is overgeslagen. Men gelooft, dat het niet lang meer zal duren, of het smalle zeegat tusschen Onrust en de kust van Texel zal geheel verloopen, en de zandbank aan het eiland verbonden worden. De werking van het loopzand wordt vooral toegeschreven aan de sterke strooming bij stormvloeden.
Drijfzand in Zeeland. Op enkele plaatsen nabij de Nederlandsche kust, in de duinen en op de stranden, kan men het verschijnsel van het drijfzand waarnemen. De theorieën over het ontstaan van het drijfzand zijn in der tijd behandeld door den Heer A. D. Hagedoorn in „de Natuur" 1890, pag. 38 en 69. Het hoofdresultaat, waartoe deze komt, is dit, dat daar, waar water onder sterken druk in het zand doordringt, dat zandkorrels in een eenigzins zwevenden toestand geraken, en daardoor een bewegelijke massa vormen. Drijfzand is een mengsel van zand en water, waarin de enkele zandkorreltjes onderling zoodanig verplaatsbaar zijn, dat de aanraking en dus ook de wrijving door het daar tusschen getreden water geheel of bijna geheel is opgeheven, zoodat zij onder den druk van een zwaar lichaam betrekkelijk gemakkelijk wijken en daarna weder samenvloeien.
De werking van het drijfzand vertoonde zich voor kort bij Philippine in den Braakman, naar de Tem. Courant mededeelt. „Toen een landbouwer met paard en wagen uit den Kleinen Stellepolder door den Braakman naar huis reed, zakte het paard plotseling tot den buik in het drijfzand. Een tweede paard, dat gebruikt werd om het eerste er uit te trekken, onderging hetzelfde lot, zoodat, ware er niet spoedig hulp uit Philippine komen opdagen, om de paarden met de spade uit het zand te graven, de dieren door het zand verzwolgen zouden zijn."
Nadere bijzonderheden zijn ons hierover niet bekend geworden; moge het een punt van onderzoek worden.
35