in zich een gouden sieraad te laten maken. Niet alleen wordt hierdoor een deel van het vermogen improductief; maar bij de inwijding van het sieraad worden feesten gegeven aan vrienden en bekenden, die bijna evenveel kosten als het stuk zelf. Ook leidt de jacht naar goud tot uitzuiging der armen.
Dikwijls houden beschrijvers van dergelijke zeden het oog gericht op de theoretische zijde, en verdiepen zich in den oorsprong ervan. Het is belangrijk ze in dit opstel nu eens geheel van den practischen kant beschouwd te zien.
Alfred Maass. Ueber seine Reise nach den Mentawei-Inseln. (Verhandlungen der Gesellschaft für Erdkunde zu Berlin, Band XXV, N°. 4, P- 177—19°)-
De heer Maass geeft eenige mededeelingen over een bezoek, door hem gebracht aan de Mentawei-eilanden. Daar een vaart naar de Nassau-eilanden door tegenwind mislukte, en het Gouvernement een bezoek aan Sibërut, waar onlangs een Maleische prauw geplunderd was, verboden had, moest de reis zich bepalen tot Zuid-Pora of Tabolagai. De schrijver troost zich echter met de gedachte, dat nu de kennismaking met dit ééne eiland ook grondiger heeft kunnen zijn. Het minste succes had hij bij zijn anthropologisch onderzoek; dit kwam doordat de Italiaan Modigliani in 1895 bij het nemen van metingen en afdrukken de inboorlingen had ontstemd.
Het bezoeken van een dorp gelukte eindelijk, ofschoon de auteur lang te wachten had; want de „punen", een soort taboe, dat wel %o van het jaar heerscht, brengt mede een verbod van verkeer met vreemden. Het dorp Sióban, dat de auteur bezocht, is onregelmatig gebouwd langs een rivier, op een open plek in het oerwoud. Er zijn 3 groote en 70 kleine huizen. De eilanders zijn geelbruin met zwartbruin haar, en van middelbare lengte; de vrouwen zijn kort en worden spoedig oud, door vroeg trouwen en lang zoogen. De kleeding is een schortje, van boombast voor mannen, van banaanbladen voor vrouwen; aan het schortje van een vrouw kan men zien of ze meisje, getrouwd of weduwe is. Getrouwde vrouwen bedekken ook de borst. Kinderen gaan geheel naakt. Glaskralen dragen beide geslachten, soms tot een gewicht van verscheidene kilogrammen.
Men leeft voornamelijk van jacht en vischvangst. Soms gaat het dorpshoofd uit visschen met zijn heele dorp, in twee booten, die dan ook samen over de 200 menschen kunnen bevatten. Daarnaast landbouw op kleine schaal. Ook kokosnoten spelen in de voeding eene groote rol.
Bij geboorte van een kind hebben vele feesten plaats. Op te merken