445
kreupelbosch en voert dan ten derde male over een uitgestrekte padang met gelijke vegetatie als de reeds genoemde. Hoe die laatste vlakte heet, wisten onze reisgenooten ons niet te zeggen, maar wel vertelden zij, dat in het hooge land ten zuidwesten van het Ranai-gebergte dergelijke dorre vlakten veel voorkomen.
Voor ons lag nu een donker, maagdelijk woud, dat we na enkele minuten bereiken en waardoor we onze wandeling uren lang zullen voortzetten. Het blijkbaar veel beloopen pad slingert tusschen hoogstammige boomen, die harsen, gommen, oliƫn en uitmuntende houtsoorten leveren en is uitgekapt in een chaos van struiken, lianen en rotan, van welke laatste zeer gezochte soorten voorkomen. Exploitatie van dien rijkdom heeft weinig plaats. Hout wordt alleen gehaald als men het noodig heeft voor gebinten van woningen of voor het vervaardigen van prauwen. Getah, waarvan twee soorten, getah lembek en getah poetih voorhanden zijn, wordt slechts door enkelen gewonnen en aan Chineezen verhandeld. Damar zamelt men nagenoeg uitsluitend voor eigen gebruik in, zoo ook was, die echter niet veel gevonden wordt. Meer werk maakt men van de rotan, voornamelijk van twee soorten, de rotan seni of tikoes, die veel op het zuidelijk schiereiland groeit en de beste bindrotan levert en de djernang (daemonorops draco), waarvan men de schoone karmozijnroode verfstof, het zoogenaamde drakenbloed, wint. Evenals de reeds besproken kleurstoffen wordt ook deze op zeer eenvoudige wijze verkregen. De rijpe vruchten namelijk, op welker bast zich de harsachtige kleurstof afzet, worden gestampt of in een zak geschud om deze te doen loslaten en vervolgens in heet water geweekt om de onbruikbare vezelstoffen af te zonderen. Het kneedbare deeg, dat bij uitdamping overblijft, het drakenbloed,
29