weder diep inwaarts . om een breeden inham te vormen, waarin het eiland Kepala roesa ligt, dat evenals de twee reeds genoemde niet veel meer is dan een begroeid koraalrif.
Aan de oost-, noord- en westkust van het eiland gaat het modderige strand onmerkbaar in den bodem der zee over en is het bezaaid met koraal. Met laag tij komt, evenals op de oostkust, het strand benoorden en bewesten het eiland over eene groote uitgestrektheid bloot. Alleen de zuidkust maakt hierop eene uitzondering, waar tot dicht onder den wal tamelijk diep water is. Men zou bij eene dergelijke gesteldheid van het strand verwachten, dat tengevolge van de nadeelige koraal uitdampingen bij laag water, de bevolking geteisterd moet worden door koortsen. Dit schijnt echter het geval niet te zijn, althans over den gezondheidstoestand werd op Sedanau niet geklaagd.
Het modderig strand is het ware terrein voor de ontwikkeling van rhizophoren; die eigenaardige boomsoort tiert dan ook welig langs de kusten en levert der bevolking steeds overvloed van brandhout. Verder landwaarts in, zoowel in de laagte als langs de hellingen der heuvels, in enkele gedeelten zelfs tot op hunne kruinen heeft de oorspronkelijke plantbekleeding het veld moeten ruimen voor cultuurgewassen, waaronder de klapper de eerste plaats inneemt. Enkele hellingen zijn nog met bosschen begroeid en ook wijzen uitgestrekte lalangvelden de plaatsen aan waar klappertuinen zijn uitgestorven en het woud nog niet weder het terrein herwon.
Na afspraak met Radja Machmoed te hebben gemaakt om den volgenden dag na het doorkomen van den vloed de Soengei Bindjei, die zich in de groote baai aan de zuidwestkust van Boengoeran ontlast, op te varen en ver-