bediende van den opiumpachter voor gereed geld opium verkoopt. Opiumkitten, zooals op Java en elders op de Buitenbezittingen, bestaan in de residentie Riouw nergens. Zoowel door Chineezen als inlanders wordt alleen of in gezelschap in hun eigen huis van opium gebruik gemaakt.

Het uitsluitend recht tot verkoop van opium wordt door het inlandsch zelfbestuur verpacht, hoezeer die pachten niet voorkomen onder de inkomsten door het Nederlandsch Indisch Gouvernement gesanctionneerd bij het met dat zelfbestuur gesloten contract. In het overig gedeelte der resi dentie heeft het Gouvernement alle pachten van het Sultansbestuur tegen eene schadeloosstelling in geld overgenomen , en geschiedt daar dus de verpachting voor rekening van 's Lands schatkist.

Het pachtgebied op de Poelau Toedjoeh omvat slechts de Siantan- en Djemadja-groepen. In de overige, en wel op de eilanden Sedanau, Midai, Soebi en Poelau Pandjang wordt opium gesleten door anak radja's, de daar gevestigde aanverwanten van de Riouwsche vorsten. Vroeger werd het ook op Boengoeran door den sedert overleden Orang kaja van Ranai verkocht, maar na diens dood is op dat eiland geen opium meer verkrijgbaar.

In de opiumpacht is ook begrepen het evenmin gesanctionneerd uitsluitend recht tot verkoop van tabak en tot opkoop en uitvoer van tripang, holothuria edulis, ook zeebeurs genoemd; van sisik, schildpad, en koelei, de bekende paarlmoerschelpen. Voor dit recht, hetwelk voor drie jaar is verpacht, betaalt de te Singapoer gevestigde Chineesche pachter $ 3500 's jaars aan den Jang di pertoewan moeda van Riouw. Het is den pachter verboden het opium en de tabak boven een bepaalden maximum prijs te verkoopen, en de bevolking is verplicht de even

II