pen om nog veiliger te liggen dan in de baai, wordt men tijdens den vloed met een prauw van het eene naar het andere gedeelte overgezet.
De Maleische kampong, die sedert Netscher haar beschreef, in uiterlijk voorkomen zeer is vooruitgegaan, telt nu echter slechts 43 woningen tegen 164 in 1862, alle op palen staande en voor het meerendeel boven het wa ter gebouwd, zoodat de bewoner uit zijn vaartuig langs een trap dadelijk in zijne woning komt. De huizen, wat de indeeling betreft, in hoofdzaak overeenkomende met die van Djemadja, zijn over het algemeen met roembiabladeren gedekt, hebben omwandingen van boomschors, bamboe of niboeng, en dicht naast elkaar geplaatste niboenglatten tot vloer. Het gebint is daarentegen veelal van de deugdzaamste houtsoorten als balau, resak, tempinis, kroewing en bintangoer gebouwd, die in de bosschen op het eiland overvloedig voorkomen. Slechts enkele woningen, waaronder die van de hoofden, zijn belegd met dunne plankjes van ijzerhout, sirap, van Sambas afkomstig of met gegalvaniseerd dakijzer, uit Singapoer betrokken, en voorzien van een houten omwanding en vloer.
Vóór in de kampong nabij de kreek staat de met steenen bevloerde moskee, een hoog en ruim gebouw, van deugdzame materialen samengesteld en, evenals de huizen der notabelen, met planken omwanding en met gegalvaniseerd ijzer gedekt.
Behalve de waterleidingen van gespleten bamboe of niboeng, van den bergwand naar de woningen aangelegd, heeft de kampong niets opmerkelijks en het mulle onbeschaduwde strand lokt niet tot wandelen uit.
De sterkte der inlandsche bevolking van de geheele Siantan-groep wordt geschat op ± 3000 zielen, nu niet als vroeger hoofdzakelijk te Terempa gevestigd, maar over