voorstelling bepaalt zich wat het platte land betreft tot vijf trappen, van beneden de 25 tot beneden de 400 bewoners op elke 100 Hektaren; slechts bij uitzondering rondom de groote steden stijgt die tot boven de 400 zielen en dit is door de blauwe tint aangeduid, terwijl ook enkele meestal zeer geringe oppervlakte bezittende plattelandsgemeenten in dit geval verkeeren, waarvan wij hier de namen laten volgen, al oefenen zij wegens haar kleinen omvang doorgaans betrekkelijk zeer weinig invloed uit op mijne schaal van voorstelling: Alblasserdam, Ammerstol, Asperen, Bennebroek, Boskoop, Bussum, Gestel c. a., Hardingsveld, Katwijk, Koog a. d. Zaan, Krommenie, Marken, Rijnsburg, Rijp, Sprang, Stratum, Urk, Valkenburg, Venendaal, Waalwijk, Watergraafsmeer en Zaandijk.
De Steden en Vlekken met kommen van boven de 2000 zielen zijn door zes verschillende trappen vertegenwoordigd, gelijk de kaart zulks naar ik vertrouw duidelijk vertoont, door signatuur en lettering.
Ten einde zich te beter op de kaart te kunnen oriƫnteeren en een tamelijk juist geheel te leveren, zijn bovendien alle kleinere steden en vlekken ook aangeduid, evenals de aanzienlijkste en bekendste dorpen al is de kom soms vrij onbeduidend.
Bij mijne statistische becijferingen maak ik steeds bij voorkeur gebruik van officieele cijfers; vooral waar het de bevolking betreft vertrouw ik nog niet altijd volkomen de tusschentijdsche berekeningen der gemeentebesturen, al is daar in de laatste tienjarige tijdvakken met oordeel, overleg en aanwending van kosten verbazend veel verbetering in aangebracht.
Liefst neem ik derhalve voor een gewichtig onderwerp eene officieele Volkstelling tot grondslag en doe dit ook