Sectie: Physische geographie.
1. Le moment géographique dans Vévolution.. Par le Prof. J. Palacky.
2. Die Grundlinien Anatoliens und Centralasiens. Von Dr. Edmcnd Naumans.
Ueber Laterite und Rotherden in Afrika und Indien. Von I)r. S. Passahge.
4. On the most northern Eskimos. By Mr. Henry G. Bryant.
Des avonds gaf Dr. H. R. Mill eene lezing over de engelsche meren, opgeluisterd met lichtbeelden.
Het denkbeeld van Reclus schijnt zóó geweldig dat wij ons niet durven wagen aan eene voorspelling of het ooit verwezenlijkt zal worden! Maar zóóveel schijnt wel vast te staan dat er heel wat meer technische bijzonderheden bekend zullen moeten zijn, vóór men zich over de mogelijkheid der wetenschappelijke uitvoering van het plan eenig denkbeeld zal kunnen maken. Al diegenen, welke den globe op een millioenste te Parijs in 1889 hebben gezien, zullen dat toestemmen.
Pomba verlangde: i°. dat er geen relief-globes meer zouden gemaakt worden; 20. dat de globes geconstrueerd zouden worden niet volgens eene vooraf bepaalde grootte van de middellijn of den omtrek, maar zoodanig dat de schaal eene breuk vormt waarvan de noemer een geheel aantal millioenen, de teller een getal dat door 2 , 5 en 10 deelbaar is, zou zijn; bijv. 40 : 1 000 000; 30. dat op de globes worden aangegeven de schaal en, zoo nabij mogelijk, de afmeting van de middellijn en den omtrek, die er mede overeenstemmen.
De voordracht van Drapeyron over Cassini de Thury (1714—1784) ontleent voor een deel hare waarde aan de omstandigheid dat daarbij verscheidene niet uitgegevene documenten zijn overgelegd.
Vincenz von Haardt deed eenige mededeelingen betreffende eene door hem uit te geven ethnographische wandkaart van Europa.
De voordracht van Palacky bevatte ongetwijfeld vele interessante gezichtspunten betreffende de evolutie in de organische en de anorganische wereld, maar zij was van zeer specialen aard en het is eigenlijk niet goed in te zien wat het geographische moment daarin was. De ontwikkelingsgeschiedenis der organismen, de vraag of er endemisme bestaat in de landen, die in het iistijdperk met ijs bedekt zijn geweest, de stilstand in de evolutie der organismen van sommige streken, zooals de trias van Nieuw-Zeeland, dat zijn toch zeker geen geographische onderwerpen.
Wat Dr. Naumann's voordracht aangaat, ook daarvan is het hoogst rooeielijk een beknopt overzicht te geven; zoodat wij slechts enkele der door den spreker op den voorgrond gestelde geographische gezichtspunten.