Ompoe Tahi berichtte verder dat Radja Toek eene teekening van de vallei van Bakkara had gemaakt en Singa Mangaradja een kleed (Padang Roesak) had aangeboden van ongeveer één Meter lengte (twee asta); dat Singa Mangaradja dit geschenk echter niet had aangenomen omdat hij het kleed te kort vond.
Op de hoogvlakte bij Dolok Sanggoel aangekomen, werd de reiziger bedreigd door Ompoe Djoemelam van Hoeta Djoeloe (Bovenlanden van Baros, een landschap thans ingelijfd bij het Gouvernements-gebied); het was toen echter niet tot vijandelijkheden gekomen. Van Dolok Sanggoel ging de terugreis verder naar Si Manoellang en van daar naar Baros.
Baligé, 19 Juni 1895.
DE TOESTAND IN OOST-AZIË.
Onder het opschrift: Der Friede von Schimoneseki in seinen geographischen Beziehungen, geeft Prof. F. von Richthofen, in de eerste aflevering van Hettner's Geographische Zeitschrift (zie onder „Nieuwe Uitgaven") eenige beschouwingen ten beste over de beteekenis der gebeurtenissen van den laatsten tijd in het verre Oosten.
De schrijver begint met er op te wijzen dat bijna veertig jaren geleden de inbezitneming plaats had van de landen aan de Amoer en de Oessoeri tot de grens van Korea, door Rusland, welk rijk daardoor een gebied van 450 000 qkm. verkreeg, terwijl Frankrijk, bij het vredesverdrag van 9 Juni r88s, in het bezit kwam van de Chineesche vazalstaten Annam en Tongking, ter grootte van 230 000 qkm. met 16 mill. inwoners1).
1) Volgens Von Richthofen zon het geheele gebied van Frankrijk in Achter-Indië eene oppervlakte hebben van ongeveer 400 000 qkm. mot omstreeks 19 mill. inwoners, waarvan dan 230 000 qkm. met 16 mill. inwoners voor Annam en Tongking zouden zijn. Volgens Wagner en Supan's Bevölkerung der Erde VIII, 1891, hebben de gezamenlijke Fransche koloniën en beschermde staten in Achter-Indië eene oppervlakte van 489 500 qkm. met 18 914 000 inwoners verdeeld als volgt: Neder Cochin-China 59 500 qkm., 1 914 000 inwoners; Kambodja 100 000 qkm., 1 mill. inwoners; Annam 230 000 qkm., 6 mill. inwoners; Tongking 100 000 qkm., 10 mill. inwoners. Men houde in het oog dat de opgaven omtrent de bevolking geheel op schatting berusten. Ook die betreffende de grootten der landen zijn nog eenigszins globaal, maar het schijnt
34