blauwachtige parelen zijn en soms tot halssnoeren worden aaneengeregen.

Blz. iooi , r. 13 v. o. „Bada". Gewoonlijk „Bodo" genoemd.

Blz. 1002, r. 16 v. b. „scheidt van de rib waarop Tosari is gelegen".

Dit is onjuist. Er liggen nog verscheidene ribben tusschen deze kloof en de rib van Tosari.

Ib. „In die kloof ligt Bada aan een gelijknamig riviertje".

Het langs Bodo stroomende riviertje, gedurende zijn loop onder verschillende namen bekend, is de bovenloop van de Kali-Welang (zie blz. 952, r. 7 v. o.), die op den Goenoeng Ketjiri, een westwaartsche uitlooper van den Zandzee-rand, ontspringt.

Ib. r. 14 v. o, „de weder aanmerkelijk hooger gelegen dessa NangkS Djadjar".

De pasanggrahan te Nongka Djadjar ligt, volgens de topographische kaart, op 1200 M. hoogte boven de zee.

Blz. 1004, r. 14 v. b. „De suikerfabriek Djakatra-oost" — werkt sinds 1887 niet meer en is thans eene koffie-, pel- en droog-inrichting.

Ib. r. 16 v. b. „Pasoeroean is een der voornaamste steden van Java".

Pasoeroean, vroeger een der voornaamste steden van Java, de eerste, die eene straatverlichting met gas invoerde, is sedert den aanleg van den spoorweg naar Malang, die haar het grootste vervoer heeft onttrokken, sterk achteruitgegaan.

Ib. r. 15 v. o. „Hare bevolking"

Bedraagt, volgens den Regeerings-almanak voor 1894, 484 Europeanen. 2338 Chineezen, 193 Arabieren, 377 andere vreemde Oosterlingen en 21 168 Inlanders.

Bij de beoordeeling van deze cijfers lette men evenwel op het voorkomende in mijne aanteekening op blz. 386, r. 8 v. b.

Ib. r. 9 v. o. „het kerkhof te Mantjilang".

De plaats, waar dit weinig bekende graf gelegen is, heet „koeloeran Mantjilan" in de dessa Tëmënggoengan bij Këbonagoeng, even ten Zuiden van de hoofdplaats. Men beweert dat Soerapati's kraton daar een tijd lang geweest is. De begraafplaats wordt in eere gehouden niet ter wille van Soerapati, wiens overblijfselen, naar het zeggen van den djoeroe-koentji (grafbewaarder), later zijn verwijderd, doch hoofdzakelijk ter gedachtenis aan een der wali's (eerste verbreiders van den Islam op Java), wiens grafstede aldaar wordt getoond.

Ib. r. 7 v. o. „met muren".

Van de vroegere muren is geen spoor, zelfs geene herinnering over,