Wij liepen nu allen naar de plaats waar Jackson en de vreemdeling zich bevonden en toen wij binnen het bereik hunner stemmen kwamen riep Jackson ons toe; #Dit is Dr. Nansen," waarop wij hoera riepen tot wij heesch waren.
Dr. Nansen kon niets anders zeggen dan: «Dat is heel aardig! Heel aardig! — Toen wij hoorden hoe ver Nansen naar het Noorden was geweest, begonnen wij weer te juichen.
Nu hadden wij tijd hem eens goed op te nemen. Hij was pikzwart, van het hoofd tot de voeten. Zijn blond haar en zijn knevel waren gitzwart, er was geen wit plekje op handen of gelaat te bespeuren.
Hij zag er uit als een neger. Zijne kleeren — die hij 15 maanden had gedragen — waren stijf van bloed en olie, waarmede ook zijne handen bedekt waren.
Men hoort in de laatste jaren dikwijls de bewering dat het tijdperk der groote ontdekkingsreizen is afgesloten en dat nu de tijd is aangebroken voor het detail-onderzoek. Daar is zeker veel voor te zeggen, maar geheel juist is de voorstelling toch niet. Er worden tegenwoordig nog groote tochten gedaan in geheel onbekende streken en daaronder zijn er die uitsluitend in het belang der wetenschap worden ondernomen en niets hebben uitstaan met de politiek, als in de schoone dagen van weleer. Zulk een tocht is de pooltocht van Nansen J), die voor immer gedenkwaardig zal blijven in de jaarboeken der ontdekkingsgeschiedenis: kalm overleg bij de voorbereiding, groote onverschrokkenheid in de uitvoering, ijzeren volharding en onuitbluschbare geestdrift in dienst van een ideaal streven, de bevordering der wetenschap, en dat alles bekroond met een werkelijk schitterenden uitslag! 2). Dat doet ons belangstellen ook in de minste bijzonderheden, welke op den tocht betrekking hebben, zoodat het gerechtvaardigd schijnt het bovenstaande verslag, door opneming in het Tijdschrift, aan de vergetelheid te ontrukken3).
1) Zoouls men in de dagbladen gezien zal hebben is de politiek daaraan toch niet geheel vreemd gebleven, al heeft zij er dan ook niet rechtstreeks mede te maken.
2) Op grond daarvan oppert Prof. Supan in de 9de afl. van Pet. Mi», het denkbeeld dat Nansen de leiding op zich mocht willen nemen van eene expeditie naar het Zuidpool-gebied, waarmede het nog maar niet vlotten wil en die toch zoo belangrijk zou zijn. Nansen's naam zon op dit oogenblik voldoende zijn om de gelden te doen ^evloeien tot het uitrusten eener flinke expeditie en het zou eene hem waardige taak zijn, de hoogst belangrijke problemen, die het Zuidpool-gebied nog steeds aan de wetenschap voorhoudt, tot oplossing te brengen.
3) In de Oct.-afl. van The Geogr. Journ. is de vertaling opgenomen van een artikel van Prof. H. Mohn in Morgenbladet van B Sept., waarin de wetenschappelijke resultaten van den tocht voorloopig in het kort worden uiteengezet.